Brief aan Laodicia

Ds. P. Molenaar / 1 reactie

21-12-2017, 12:55

Vraag

Waar is de brief aan Laodicia gebleven waar Paulus over spreekt in Kol. 4:16? En stel dat deze gevonden wordt, krijgt deze dan ook hetzelfde gezag als de (andere) canonieke brieven?

ADVERTORIAL

Geeft u Egyptische christenen een Pasen om nooit te vergeten?

In Egypte is het steeds lastiger om rond te komen. Voedselprijzen rijzen de pan uit. U kunt het verschil maken door een voedselpakket voor een gezin van Egyptische christenen te kopen, die wij uitdelen ter plaatse. Heel praktisch willen we hiermee handen en voeten geven aan de opdracht van God om de armen te voeden. 

Doet u mee?

Geeft u Egyptische christenen een Pasen om nooit te vergeten?

Antwoord

We weten niet waar die brief gebleven is en welke brief dat zou kunnen zijn. De kanttekening van de Statenvertaling geeft een uitgebreide verklaring van gedachten over deze brief. De kanttekening van de  Statenvertaling wijst erop dat deze brief niet aan Laodicea is geschreven, maar vanuit Laodicea. Daarbij worden enkele gissingen gedaan die ook door de kanttekening weer afgewezen worden omdat ze niet stroken met die brieven zelf. Sommigen noemen ook de brief aan de Efeziërs, maar de meeste verklaringen bevredigen niet als het Bijbelboeken betreft. Er is ook een mogelijkheid dat er een brief was die eerder geschreven is dan deze brief aan de Kolossenzen, maar die ons niet bekend gemaakt is.
 
Zo zijn er  waarschijnlijk wel meer brieven die nooit gevonden zijn of die wel later gevonden zijn en twijfelachtig zijn. Denk bijvoorbeeld aan het evangelie naar Thomas. Ook uit de tweede  Korinthebrief (hoofdstuk 2) heeft men wel opgemaakt dat er  mogelijk nog een brief tussen de eerste en tweede Korinthebrief is geweest die nooit gevonden is. We kunnen ook uit het Oude Testament boeken noemen die genoemd worden, maar nooit gevonden zijn, zoals die wel aan het eind van  de Koningenboeken genoemd worden. Verder hebben we natuurlijk nog de apocriefe boeken, die in de oude Statenbijbels met kanttekeningen voorkomen, die wel een bijzondere geschiedenis hebben , maar dus  niet canoniek zijn, maar twijfelachtig. Aan  de canon ligt een hele geschiedenis ten grondslag. De veiligste weg is om ons vast te houden aan artikel 5 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis, waar staat dat we die Bijbelboeken zoals we die hebben, niet voor canoniek houden, maar wel:  dat we die  “ontvangen”. Dat betekent dat bij de vaststelling van die boeken menselijke overwegingen er niet toe deden, maar wel het geloof dat de Heilige Geest ervoor gezorgd heeft dat deze boeken  tot ons kwamen met volkomen en onwankelbare zekerheid. We spreken dus over de canon.

We beginnen maar bij het titelblad van onze oude Statenvertaling. Daar wordt gesproken over Bijbel, “al de canonieke boeken van Oud en Nieuw Testament.” Bij het titelblad van het Nieuwe Testament staat zelfs “boeken van het Nieuwe Testament van onze Heere Jezus Christus.”  Wat wordt nu onder dit woord canon verstaan? Een canon was een riet, waarmee men bepaalde dingen mat. Dus een meetlat. Zo stelt de Heere een maat voor ons allen, waarnaar we moeten wandelen. Ook het Griekse woord “canon” komt voor in de Bijbel in Galaten 6:16: “En zovelen als er naar deze regel wandelen, over dezelve zal vrede en barmhartigheid zijn en over het Israël Gods.” De Heere had een maat gesteld aan de mens in het paradijs, maar zo legt Hij ook een maat aan na de zondeval. Hij laat- en dat is genade- die mens niet voortdolen over deze aarde, maar komt tot hem met de maat van Zijn Woord.

Dit woord “canon”  is men voor de Bijbelboeken voor het eerst gaan gebruiken in de vierde eeuw na Christus. Maar  die maat was er in werkelijkheid  al vanaf het paradijs. Immers de mens werd steeds een grens gesteld in het paradijs en ook na het paradijs. De Heere heeft een regel gegeven om naar te leven. Zo  geeft de Heere Zijn maat  met de teboekstelling van Zijn Woord. Wat is dat al geweldig dat de Heere direct na de zondeval, die mens  bekend maakt met Zijn wil en dat daarna ook doet door Zijn engelen of  door Zijn profeten. Zo stelt Hij de mens grenzen en palen, opdat die mens niet aan een totale ondergang wordt prijsgegeven.

Hoe doet Hij dat? Wel de mens wordt in de eerste plaats rechtstreeks aangesproken door God. Hij geeft de mensen  direct het eerste evangelie na de zondeval ( Genesis 3:15). God smijt de deur van het paradijs niet dicht, maar geeft al een opening in het paradijs, voordat die mens verdreven wordt. De Heere spreekt rechtstreeks, zelfs tot Kaïn. Verder spreekt de Heere tot Noach. Zo  zien we duidelijk,  hoe de Heere ook Zijn engelen, Zijn boden stuurt om hen Zijn wil uitdrukkelijk bekend te maken.

Een goed voorbeeld van Gods spreken en te boek stellen is toch wel de verbondsopenbaring op de Sinaï in Zijn heilige wet. God spreekt en schrijft. Als Mozes zelf de tafels van de wet ontvangt, maar ook al de woorden van het verbondsboek van de Heere  ontvangt om op te schrijven, dan zien we daarin hoe groot de zorg van de Heere voor Zijn volk is. De Heere was zo goed  dat Hij zelfs Zijn Woorden laat neerschrijven, opdat het zou bekend worden met  Zijn heerlijk  Woord. Dat waren regels om naar te leven voor Zijn volk. 

Hoe heeft nu de overlevering plaatsgevonden?  Er zijn wel gedachten dat het kleitabletten zijn geweest, waarop de woorden Gods werden opgeschreven en overgeleverd. Zo werd het Woord later samengesteld door Mozes, zo werden de geslachtsregisters als een prediking van de trouw Gods overgeleverd.  Het ontstaan van de Bijbel is eigenlijk een groot wonder en ook een mysterie. Wanneer kregen de Bijbelboeken hun plaats? Eigenlijk  direct. We kunnen helemaal niet verklaren, waarom al deze woorden in de Bijbel staan. Je kunt daarachter zien de grote zorg van Gods kant. Hij inspireerde de profeten door Zijn Heilige Geest. Van meet af aan kregen die boeken of boekrollen een plaats in de tempel en na de ballingschap ook in de synagoge.

Je zag een ontwikkeling in de profeten. Wanneer je zoekt naar verklaringen, dan mislukt dat. Je kunt het zoekend en tastend enigszins verklaren. Het is een wonder van God, echt een openbaring! Hoe konden nu bijvoorbeeld de oordeelsprofetieën in de  canon terechtkomen die tegen het volk gericht waren? Het volk heeft zelfs Jeremia uitgebannen. En toch staan al zijn profetieën in de  Bijbel. Daarin zie je nu de goede zorg van de Heilige Geest, Die achter de bijbelschrijvers op een bijzondere wijze zorgde voor totstandkoming van de Bijbel, dus d.m.v. zwakke mensen, die gedreven werden door Die Geest. Zo waarschuwt Hij Zijn volk, al wil het niet horen! God gaf Zijn geschreven boekrollen in de tempel, hoewel die zo vaak tegen het volk ingingen. Zo heeft God in de boekrollen  Zijn wil bekend maakt. Het Woord Gods is nooit naar de mens, maar de Heere maakt op een heerlijke wijze Zijn Woord waar.

Vier factoren werkten mee aan de totstandkoming van de Bijbelboeken zoals we die hebben, die we de canon of regel noemen:  apostolische oorsprong, oudheid, voorlezing in de kerk en verzet tegen de ketters. Op de vergaderingen in de kerk en in de gemeenten heeft men alleen maar geconstateerd, dat die geschriften waar en zeker zijn. Zo is dat gebeurd op de synode van Jamnia waar de Joden het Oude Testament hebben ontvangen en vastgesteld in 80 of 100 na Christus. Op een wonderlijke wijze maakte de HEERE Zijn woord waar. Zo is ook op de kerkelijke vergaderingen van Carthago 397 en Hippo Regius 393 op de synodale vergaderingen van de kerk  alleen maar geconstateerd, dat deze dingen, Oud en Nieuw Testament, volkomen zekerheid onder ons hebben.

Deze  Bijbelboeken zijn genoeg tot zaligheid. Daarom mag er niets van afgehaald worden en ook niets bijgevoegd worden. Zo kreeg de Bijbel direct een plaats in de eerste christengemeenten en in de Oude Kerk. De Bijbel gaat niet verder dan het Woord van apostelen en Evangelisten. De Bijbel heeft goddelijk gezag. Geen ander geschrift kan daartegen op. Niet de belijdenis en ook niet de traditie van de kerk, zoals Rome leert. Rome stelt de traditie van de kerk gelijk aan de Bijbel. We zeggen echter dat de Bijbel alleen de norm is voor leer en leven. Die gaat  boven de belijdenis uit. De Bijbel heeft Goddelijk gezag, maar de belijdenis kerkelijk gezag, omdat zij het gezag van het Woord Gods beaamt of naspreekt. Maar als hervormden verwerpen we helemaal de traditie van de roomse kerk of welke traditie ook maar. Het gaat alleen om het Woord Gods. Dat  is het fundament van de kerk. Deze boeken zijn genoegzaam tot zaligheid. Daaraan hoeven geen andere boeken toegevoegd te worden.

Wanneer nog oude brieven uit de apostelentijd gevonden zouden worden, dan kunnen die hoogstens het geloof van de Schriften bevestigen, maar ze zijn nooit een regel of norm voor het christelijk geloof. De Heilige Geest heeft ervoor gezorgd dat we deze Bijbelboeken ontvingen, zoals die toen door de apostelen werden overgeleverd en beslag legden op de kerk, in de gemeenten en in de kerkelijke vergaderingen van die eerste eeuwen. De Heiige Geest maakt gebruik van mensen, en zorgde dat die boeken toen in de kerk kwamen. Daarom zullen nooit  oude boeken uit de Bijbelse tijd die nu nog gevonden of ontdekt kunnen worden, canoniek genoemd worden, omdat de Heilige Geest die niet heeft overgeleverd in de kerk der eeuwen. De kerk der eeuwen heeft die nooit eerder  ontvangen. We  ontvangen alleen de  boeken van Oud en Nieuw Testament, zoals NGB artikel 5 dat verwoordt,  zo duidelijk: “gemerkt zelfs dat de blinden het zelfs voelen en tasten kunnen” als heilig en canoniek. Dat betekent dus dat we in dit alles de bijzondere zorg van de Heilige Geest zien. Niet de paus, niet de kerkelijke vergaderingen heeft dit bepaald, maar eerbiedig belijden we dat  de Heere  Zelf  ons Zijn Woord gaf en wij ontvingen dus zo de Bijbel, de boeken van Oud en Nieuw Testament, niet meer en niet minder boeken. God Zelf heeft die boeken ons geschonken in een bijzondere zorg voor Zijn kerk, de kerk der eeuwen.

Ds. P. Molenaar, Lunteren

Ds. P. Molenaar

Ds. P. Molenaar

  • Geboortedatum:
    22-05-1945
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Woon/standplaats:
    Lunteren
  • Status:
    Actief
  • Bijzonderheden:
    Emeritus

Tags in dit artikel:

apocriefcanoniek
1 reactie
Spiderman
21-12-2017 / 18:05
wij weten toch niet alles: Jezus zei :
Nog vele dingen heb Ik u te zeggen, doch gij kunt die nu niet dragen.joh 16:12
en joh 21 : 25
25 En er zijn nog vele andere dingen, die Jezus gedaan heeft, welke, zo zij elk bijzonder geschreven wierden, ik acht, dat ook de de wereld zelve de geschrevene boeken niet zou bevatten. Amen.

Terug in de tijd

Vandaag ervaarde ik het weer: de bezetenheid. Ik ben van mening dat ik bezeten ben omdat ik af en toe ril of tril. Ik ben ooit naar de prostituees geweest en daarna kwam er weer bezetenheid in mij op....
Geen reacties
21-12-2022
Ik heb deze vraag naar aanleiding van een ontmoeting met een jongeman. Ik ben een meisje (20) dat in het dagelijks leven niet veel christelijke mensen tegenkomt. Ik heb een tijd op een christelijke da...
8 reacties
21-12-2016
Een boeiende maar ook uitdagende passage in de Bijbel vind ik Romeinen 11. Hierin zit veel stof tot nadenken, maar hetgeen waar ik een vraag over heb betreft vooral de verzen 21 en 22. Ik heb hier o...
4 reacties
21-12-2023
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering