Vragende aannames

Ds. W. Arkeraats / 5 reacties

15-05-2020, 12:58

Vraag

Wellicht vind u mijn vragen wat vreemd, maar ze komen voort uit mijn hart. Ik lees dat Paulus in zijn brieven zegt dat alles op deze wereld uit God is. Dat alles gerechtvaardigd is voor die in Christus zijn, maar niet alle dingen stichten. Nu heb ik diverse vragende aannames die ik ook kort wil uitleggen:

1. Alles wat verborgen ligt, van God of van de boze, wordt geschaard onder de noemer occult (verborgen). Een heilgeheim proberen te doorgronden is dus je inlaten met de duisternis om daar te gaan dwalen en de uitgang kwijt te raken. Is God zoeken, als het een traditionele (!) gewoonte is, niet hetzelfde als dolen in het occulte, en is dat ook niet de reden dat zoveel kerkmensen verstrikt raken in wanhoop of een beredeneerde hoop door verwachting (“het volk dat in duisternis wandelt zal een groot Licht zien...”)?

2. Een andere vraag die ik heb is wat het rijk der duisternis is. Is niet niet anders dan een Godsgemis en een eeuwig dwalen zonder Licht (leven)? Kan het bestaan dat Gods kinderen de hel/graf doormaken binnen het tijdelijke leven en behoort daar naar de belofte ook niet de zalige opstanding bij binnen diezelfde tijd? Of is de dampende doodsgeur van het lichaam/Kerk voor God als een offer van des mensen gebroken geest, zoals de psalmist bezingt? Is de aardse schoonheid van de bruid dan zwart door rotting en komt dat omdat ze gebroken wordt door de wet, die zij onmogelijk kan houden, hoewel het haar diepste wil is, want door de wet staat alles tot elkaar in harmonie? Is wanneer haar ogen geopend worden zij op de snelweg richting het graf geplaatst? Geeft het woord “zalig zijn” dan blijk van hemels geluk of moet ik dan dit woord indelen als zal-ig (een woord met de belofte) omdat Hij de Herder is die Zijn schapen doet ingaan door Zichzelf (de Deur), doet uitgaan (opstanding) en weide doet vinden?

3. Wat kun u over deze andere vervoegingen zeggen? Heil-ig (God is een toevlucht); Genad-ig (God nadert tot de mensheid); Rechtvaard-ig (vaart wel naar Gods goedheid). Is dit een toevalligheid in de Nederlandse taal? Ik begreep altijd vanuit de prediking dat God heel Heilig (afstandelijk) zou zijn. Dat de kans groter was dat God aan je voorbij ging dan dat Hij Zich zou openbaren. Door de bovenstaande twee voorbeelden krijg ik meer de indruk dat in de prediking de gevallen mens een stok krijgt om de hond te slaan. De mens is immers onwillig en zijn verlangen naar Gods recht zal niet toenemen als hijzelf de zondebok schijnt te worden.

4. De  wijze en dwaze maagden rustten beiden, ze waren beiden verzekerd om in te mogen gaan, maar de hoeveelheid olie van de dwaze maagden was te gering. Kan ik hieruit opmaken dat het volk omkomt omdat ze gebrek aan Christuskennis hebben? Is het dolen in het verborgene dan ook niet een manier van waken? Wandelen in de duisternis is iets anders dan rusten in de duisternis. En is het Woord ook niet juist de olie voor onze lampen?

Het zijn veel vragen en van het een kwam het ander. Ik hoop op uw wijsheid in het beantwoorden van de vragen.


Antwoord

Beste vriend of vriendin,

Je stelt heel wat vragen, die ik stuk voor stuk zal proberen te beantwoorden. Het is daarbij niet gemakkelijk telkens weer terug te gaan naar je volledige tekst. Daarom kopieer ik elke vraag maar, om de tekst daarvan bij de hand te hebben.

1. Alles wat verborgen ligt, van God of van de boze, wordt geschaard onder de noemer occult (verborgen). Een heilgeheim proberen te doorgronden is dus je inlaten met de duisternis om daar te gaan dwalen en de uitgang kwijt te raken. Is God zoeken, als het een traditionele (!) gewoonte is, niet hetzelfde als dolen in het occulte, en is dat ook niet de reden dat zoveel kerkmensen verstrikt raken in wanhoop of een beredeneerde hoop door verwachting (“het volk dat in duisternis wandelt zal een groot Licht zien...”)?

Eerst moeten we een goede definitie vinden van het woord ‘occult’. Ik geef er de volgende betekenis aan: door magische woorden of handelingen proberen door te dringen in de geestenwereld of op die manier contact zoeken met gestorven mensen. Dan is er de poging, door te dringen in een gebied, waar we niet mogen of kunnen komen. Datgene, wat verborgen is, is dus niet per definitie occult, maar wél de manier, om daarin door te dringen.

Een goede formulering van het woord “heilgeheim” is eveneens noodzakelijk. Het heeft op zich geen negatieve klank. Ik denk dan aan het geloof, dat duidelijk ziet dat de zaligheid in Christus ligt. Dat is een heilgeheim dat God openbaart aan hen die Hem liefhebben. Dat is wat anders dan de poging om het allemaal te verklaren, bijvoorbeeld het geheimenis van de verkiezende genade van God. Dat kunnen we nooit doorgronden. Maar dat hoeft ook niet, het mag ook niet.

Nu mogen we God niet zoeken, enkel omdat de traditie dat voorschrijft. Dat is te weinig. We moeten Hem zoeken met ons hart. Maar om deze tegenstelling met occulte dingen te verbinden, is onjuist. In het zoeken van de Heere ervaren veel mensen bestrijding. Zij kunnen denken dat de Heere hen niet zal aannemen, dat hun zonde te groot is en zo meer. Misschien denken ze ook wel eens te klein van de genade van de Heere. Maar dat betekent niet dat zij in wanhoop verstrikt zijn en nog veel minder, dat dit het gevolg zou zijn van het zich begeven in een occulte wereld.

2. Een andere vraag die ik heb is wat het rijk der duisternis is. Is niet niet anders dan een Godsgemis en een eeuwig dwalen zonder Licht (leven)? Kan het bestaan dat Gods kinderen de hel/graf doormaken binnen het tijdelijke leven en behoort daar naar de belofte ook niet de zalige opstanding bij binnen diezelfde tijd? Of is de dampende doodsgeur van het lichaam/Kerk voor God als een offer van des mensen gebroken geest, zoals de psalmist bezingt? Is de aardse schoonheid van de bruid dan zwart door rotting en komt dat omdat ze gebroken wordt door de wet, die zij onmogelijk kan houden, hoewel het haar diepste wil is, want door de wet staat alles tot elkaar in harmonie? Is wanneer haar ogen geopend worden zij op de snelweg richting het graf geplaatst? Geeft het woord “zalig zijn” dan blijk van hemels geluk of moet ik dan dit woord indelen als zal-ig (een woord met de belofte) omdat Hij de Herder is die Zijn schapen doet ingaan door Zichzelf (de Deur), doet uitgaan (opstanding) en weide doet vinden?

Het rijk van de duisternis openbaart zich op verschillende manieren. Het oefent zijn invloed uit in het leven van Gods kinderen, als zij door hevige aanvechtingen en bestrijdingen van de kant van de duivel gekweld worden. En ten laatste is het de eeuwige duisternis. Maar Gods kinderen kunnen de angsten van de hel zeer zeker in dit leven ervaren. Zo spreekt Psalm 116 er ook over. En als zij uit die angsten verlost worden, is het in zekere zin een verlossing uit helse angst, zoals Psalm 30 dat ook onder woorden brengt. Maar we moeten dat niet in mindering brengen op de ernst en de realiteit van de eeuwige verlorenheid.

“De dampende doodsgeur van de Kerk als een offer voor de menselijke geest” kom ik als zodanig niet in de Bijbel tegen. Ik weet ook niet wat je daarmee bedoelt en daar kan ik dus ook niet op ingaan. Dat geldt ook de volgende zinnen over de bruid, haar schoonheid en de wet. In de laatste zin maak je een tegenstelling tussen zalig en zal-ig. Die tegenstelling zie ik niet; ik kan er inhoudelijk niet op ingaan.

3. Wat kun u over deze andere vervoegingen zeggen? Heil-ig (God is een toevlucht); Genad-ig (God nadert tot de mensheid); Rechtvaard-ig (vaart wel naar Gods goedheid). Is dit een toevalligheid in de Nederlandse taal? Ik begreep altijd vanuit de prediking dat God heel Heilig (afstandelijk) zou zijn. Dat de kans groter was dat God aan je voorbij ging dan dat Hij Zich zou openbaren. Door de bovenstaande twee voorbeelden krijg ik meer de indruk dat in de prediking de gevallen mens een stok krijgt om de hond te slaan. De mens is immers onwillig en zijn verlangen naar Gods recht zal niet toenemen als hijzelf de zondebok schijnt te worden.

Over de vervoegingen, die je noemt, kan ik niets zeggen, om de eenvoudige reden, dat ze taalkundig onjuist zijn. Je vermoedt een toevalligheid in de Nederlandse taal, maar dan zoek je te veel achter deze vervoegingen. Je verwijst naar de prediking, waaruit zou blijken dat God heilig zou zijn in de zin van ‘afstandelijk’. Ik weet natuurlijk niet welke prediking je beluistert. Dat God de Heilige is, wordt terecht gezegd, maar dan in die zin dat Hij zonder enige zonde is, zonder enig kwaad en het kwade ook niet kan verdragen. Dat in tegenstelling tot ons, want wij zijn onheilig en zondig. Als zondige mensen kunnen wij niet voor Hem bestaan. Maar heilig is niet hetzelfde als afstandelijk. Dat laatste woord betekent dat iemand niet zo gemakkelijk contact legt, zich wat op een afstand houdt, niet zo spontaan is. Dat is een woord dat dus echt bij mensen (en niet bij God) past. Integendeel. In Christus is Hij de Vader in de hemel, die heel dichtbij komt.

Je kunt dus niet zonder meer zeggen dat de kans dat God aan je voorbijgaat, groter is dan dat Hij zich openbaart. Natuurlijk is het zo dat een zondig mens ervaart dat hij het waardig is dat God voor eeuwig aan Hem voorbijgaat, maar dan is er ook de gedurige bede dat Hij zich in Zijn Woord zal openbaren. Het woord “kans” is in dit verband dus onterecht.

In ieder geval krijgen we geen stok in handen om de hond te slaan. Natuurlijk komt het wel eens voor dat iemand zich verschuilt achter de uitverkiezing en zijn eigen onmacht, maar dan verstaat Hij niet wat God in werkelijkheid bedoelt.

4. De  wijze en dwaze maagden rustten beiden, ze waren beiden verzekerd om in te mogen gaan, maar de hoeveelheid olie van de dwaze maagden was te gering. Kan ik hieruit opmaken dat het volk omkomt omdat ze gebrek aan Christuskennis hebben? Is het dolen in het verborgene dan ook niet een manier van waken? Wandelen in de duisternis is iets anders dan rusten in de duisternis. En is het Woord ook niet juist de olie voor onze lampen? Het zijn veel vragen en van het een kwam het ander. Ik hoop op uw wijsheid in het beantwoorden van de vragen.

Er is altijd veel en diep nagedacht over de vraag, hoe we de gelijkenis van de wijze en dwaze maagden moeten uitleggen. Eén ding is duidelijk: de dwaze meisjes wachtten evenals de anderen op de Bruidegom, ze hadden ook hun lamp bij zich, maar ze hadden geen reserve-olie. De grote vraag is: wat wordt met deze olie bedoeld? Op die vraag zijn in verschillende antwoorden gegeven. Eén ding is echter overduidelijk: die dwaze meisjes waren zorgeloos geweest, ze hadden zich niet voldoende voorbereid op de komst van de Bruidegom.

Nu noem je in dit verband het gebrek aan Christuskennis. Dat woord wordt altijd gebruikt om aan te geven, op welk punt (je kunt ook zeggen: in welk stadium) iemand verkeert op de weg der genade. In deze gelijkenis gaat het echter niet om de vraag hoeveel kennis een gelovige moet hebben, maar om de vraag of je Christus verwacht. Het speerpunt van deze gelijkenis is dus: waakt, want je weet niet, wanneer de wederkomst zal zijn.

Het is me niet duidelijk wat je bedoelt met “dolen in het verborgene” en met de tegenstelling tussen wandelen en rusten in de duisternis. Het zijn geen uitdrukkingen die een plaats hebben in het kerkelijk spraakgebruik; je hebt ze -zo te zien- zelf geformuleerd. Daardoor vroeg ik me al lezende af wat je ermee zou kunnen bedoelen.

Ik heb geprobeerd wat tekening te krijgen in je vragen. Hopelijk kun je wat met mijn antwoorden. Gods zegen toegewenst.

Ds. W. Arkeraats

Dit artikel is beantwoord door

Ds. W. Arkeraats

  • Geboortedatum:
    09-08-1946
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Woon/standplaats:
    Hardinxveld Giessendam
  • Status:
    Actief
132 artikelen
Ds. W. Arkeraats

Bijzonderheden:

Emeritus


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
5 reacties
Dieudonne
18-05-2020 / 22:28
Dank u voor uw antwoord.
Ik doelde met het beeld van Gods kind op het brandofferaltaar door ijdelheid, op het beeld van psalm 51 vers 9. Wellicht begrijpt u daarmee iets meer de context van mijn vraag en kunt u het antwoord nog aanvullen.
Omega
19-05-2020 / 08:31
Volgens mij maak je het probleem en de ondoorzichtigheid alleen maar groter. Waarom laat je het Woord niet gewoon staan zoals het er staat en moet er ook nog wat van jou bij? Contekstueel lezen betekent niet het ontwikkelen van een eigen theologie.
Gtn
20-05-2020 / 22:15
Ik pak er even een stukje uit je vraag bij:

Kan het bestaan dat Gods kinderen de hel/graf doormaken binnen het tijdelijke leven en behoort daar naar de belofte ook niet de zalige opstanding bij binnen diezelfde tijd? Of is de dampende doodsgeur van het lichaam/Kerk voor God als een offer van des mensen gebroken geest, zoals de psalmist bezingt? Is de aardse schoonheid van de bruid dan zwart door rotting en komt dat omdat ze gebroken wordt door de wet, die zij onmogelijk kan houden, hoewel het haar diepste wil is, want door de wet staat alles tot elkaar in harmonie? Is wanneer haar ogen geopend worden zij op de snelweg richting het graf geplaatst?


Je zegt dat dit uit je hart komt. Mijn vraag aan jou is, komt dit echt uit jouw hart, of probeer je hierin te kopiëren wat in jouw oren rechtzinnig klinkt?

Dit bedoel ik niet neerbuigend, maar uit interesse. Ikzelf versta deze taal niet, wellicht omdat ik relatief jong ben.
Omega
21-05-2020 / 22:07
@Gtn Ik versta deze taal ook niet, maar dat komt omdat het een geformeerde (dat is wat anders dan gereformeerd) 'tongentaal' is; gedemonteerd uit tale Kanaäns en rechtzinnig klinkende domineesfantasie. Wat husselen en je hebt een nieuwe religie.
Gtn
22-05-2020 / 07:00
Omega, mijn bedoeling is niet om dit gelijk neer te sabelen, ik ben meer benieuwd naar het verhaal erachter. Bovendien vroeg ik het aan dieudonne dus daar kun jij geen antwoord op geven. Laat dat maar aan dieudonne over.

Terug in de tijd

Getrouwd met een lieve vrouw! Een prachtig kind, dus wat wil je nog meer? Na de geboorte van ons kindje (twee jaar terug) hebben wij geen gemeenschap meer gehad. Het is zo dat als wij samen iets be...
Geen reacties
14-05-2005
Ik ben verliefd op een jongen en hij ook op mij. We hebben al heel lang contact met elkaar via sms. We hebben ook al gezoend, maar het probleem is we zien elkaar de laatste tijd zo weinig en ik ga ste...
Geen reacties
14-05-2005
Kan iemand die het Oude Testament in het Hebreeuws bestudeerd heeft mij vertellen wat er staat in het bijbelboek Hooglied van Salomo 5:16: "Zijn gehemelte is enkel zoetigheid, en al wat aan Hem is, is...
1 reactie
14-05-2010
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering