Roeping voor Gods koninkrijk

Mag je deze tekst op jezelf toepassen als je denkt een roeping voor Gods koninkrijk te hebben? "De Geest van de Heere is op Mij, omdat Hij Mij gezalfd heeft; Hij heeft Mij gezonden om aan armen het Evangelie te verkondigen, om te genezen die gebroken van hart zijn, om aan gevangenen vrijlating te prediken en aan blinden het gezichtsvermogen, om verslagenen weg te zenden in vrijheid, om het jaar van het welbehagen van de Heere te prediken."

De Heere Jezus past deze tekst uit Jesaja 61 toe op zichzelf in Lukas 4. Of je die woorden ook op jezelf mag toepassen, zo vraag je. Ik begrijp je huivering. Wij zijn immers de Heere Jezus niet. Nog niet eens waardig om ook maar zijn schoenriem los te maken moest zelfs Johannes de Doper de grote voorloper van de Heere Jezus belijden. Ik neem aan dat deze vraag op jou persoonlijk betrekking heeft. Ik ga er van uit dat je een roeping voelt en dat deze tekst met kracht in je hart kwam. Je komt er niet meer van los.

Laat ik voorop stellen dat een roeping op meer gefundeerd moet zijn dan op een losse tekst. Lees eens rustig welke richtlijnen Calvijn en Wilhelmus a Brakel voorhouden aan mensen die zitten met de vraag of ze geroepen zijn. Zij wijzen vooral op de innerlijke motieven. Zijn die zuiver? Toets je daar aan. Het mag je bijvoorbeeld niet te doen zijn om eigen eer of een andere vorm van eigen voordeel. Is er een onweerstaanbare drang en lust en liefde om Gods Koninkrijk te bouwen en Gods eer te bevorderen. Die juiste geestelijke grondhouding is belangrijker dan het krijgen van een speciale tekst. Al is het wel zo dat dat een extra bevestiging van je roeping voor je kan zijn.

Nu is het op zich niet verkeerd om genoemde tekst toe te passen op je zelf. Dat woord slaat immers allereerst op een mens, een historische figuur in Jesaja’s tijd. De Heere Jezus past dat dan eeuwen later toe op zichzelf.
Zie ook maar hoe Paulus omgaat met het woord uit Jesaja 49:6 “Ik heb U ook gegeven als een Licht der heidenen opdat U tot heil zou zijn tot aan het eind van de aarde.” De apostel trekt dat in Handelingen 13: 47 door naar de roeping van Barnabas en hem. Zo heeft God ons gesteld, zegt hij. Zou het dan verkeerd zijn in jouw geval om dat woord uit Jesaja op jezelf toe te passen? Ook al ben je geen apostel Paulus?

Maar wees voorzichtig en nederig. Laten we onze eigen roeping niet overschatten. Pas er voor op dat je gaat lijden aan een “Messiassyndroom.” Wij zijn de Messias niet. Niet meer dan een boodschappenjongen van de grote Zender, zei ds. L. Kievit eens. Chistus’ roeping is het allerbelangrijkste. Heilshistorisch gezien zijn die roepingswoorden uit Jesaja slechts ten volle vervuld in Hem. En de Zaligheid is in geen Ander, want er is onder de hemel geen andere Naam gegeven, waardoor wij moeten zalig worden (Handelingen 4:12).

Hartelijke groet,
Ds. A.van Vuuren

Dit artikel is beantwoord door

Ds. A. van Vuuren

• Geboortedatum:
  02-11-1948
• Kerkelijke gezindte:
  PKN (Hervormd)
• Woon/standplaats:
  Capelle a/d IJssel
• Status:
  Actief

131 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven