Vraag
Bij deze mijn vraag; ik ben er al erg lang mee bezig of ik een kind van God ben en zo nee, hoe ik dat dan kan worden? Eigenlijk al zolang ik me kan herinneren, in meer of mindere mate, maar ik merk dat ik er nog steeds niet uit ben. Soms voel ik me zo gelukkig en voel zoveel liefde voor God dat ik denk dat ik een kind van Hem ben, maar de volgende keer bid ik, maar merk ik op dat het meer uit gewoonte is, doe ik weer zondige dingen waar ik volgens mij niet oprechte spijt van heb, enz, enz. Ik vind het erg moeilijk.
Ik zou ontzettend graag een kind van God willen zijn. Maar dan twijfel ik weer waarom ik dat wil. Ben ik bang voor het oordeel? Ja dat ook; ik ben bang om in de hel te komen en zou graag bij Hem in de hemel willen zijn. Maar het gaat niet alleen daarom, volgens mij. Ik voel ook heel erg veel liefde voor Hem en zou Hem graag willen dienen. Ik heb gewoon zoveel twijfels.
En ik bid en vraag of God me wilt laten zien hoe ik moet leven, wat ik moet doen, en hoe ik een kind van Hem kan worden (als ik dat nog niet ben) maar ik weet het niet meer. Soms denk ik dat Hij me antwoordt en de volgende keer ben ik weer doodsbang omdat ik dan weet dat ik niet zo kan sterven. Ik weet gewoon niet meer wat ik moet denken en wat ik moet geloven. Weet u misschien hoe u mij kunt helpen?
Antwoord
Waar je gedachten dus om cirkelen is de vraag: “Ben ik een kind van God?”. Soms heb je hoop -als je liefde voelt voor God- soms meer vrees; als er zoveel is wat in tegenspraak is met een kind van God te zijn. Drie opmerkingen, waarvan ik hoop en bid dat ze je de weg wijzen:
1. Ben je niet te veel bezig met déze vraag. Is het zo belangrijk te weten dat je een kind van God bent?! Natuurlijk is dat belangrijk. Maar hoe weet een vrouw of zij de vrouw van haar man is? Door er veel over na te denken? Door veel liefde voor haar man te koesteren? Het staat er niet los van, maar het beste bewijs kont niet van haar kant. Ze mag het weten als HIJ haar bemint. Dat betekent van haar kant de ‘beoefening van de liefde’. Het is belangrijker voortdurend de verborgen omgang met de Heere te zoeken dan uren na te denken en te wikken en te wegen: Ben ik het nu of niet?.
2. Het tweede wat opvalt in je stukje is dat je wel spreekt over jouw liefde tot Hem en je verlangen om Hem te dienen. Maar denk eens na over bijvoorbeeld Markus 10:45: “...niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen....”. Heb je ZIJN dienst nodig, als Profeet, Priester en Koning? Waar komt die liefde vandaan die je soms in je hart voelt?
3. Het derde wat ik je mee zou willen geven, is om na te gaan vanuit Gods Woord welke kenmerken daar genoemd worden van de kinderen Gods. Zijn dat mensen die altijd liefhebben, altijd met hun hart bidden, altijd alle zonde van harte vijand zijn....? Of lees je daarvan ook andere dingen?
Hartelijke groet, ds. M. J. Kater
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.J. Kater
- Geboortedatum:18-12-1962
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Zeist
- Status:Inactief
