Marten Microns kleine catechismus

In Marten Microns kleine catechismus las ik ergens het volgende: "(88.) V. Is 't oock na den woorde Gods geoorloeft de onmondighe kinderen der Ghemeynte te doopen? A. Ja 'et. Want is 't dat Christus zijn Gemeynte reynicht met den waterbade in het woort, ende dan niemant van den doop kan weeren de ghene die den heyligen Gheest hebben: ende oock niemant den seghel des godlicken bondts ontrecken kan van de bondtghenooten Gods: ende dat den Doop toekoemt allen den ghenen, die een salichmakende ghemeynschap hebben met God den Vader, ende den Sone, ende den heylighen Gheest: so moeten de gheloouighe ouders haer kinderkens tot den Doop presenteren, enn de getrouwe dienaers Christi, volgende haren dienst, moetense doopen, tât en trooste der ouderen, ende der ganscher Ghemeynte. (89.) V. Hoe so? A. Want de kinderkens zijn de sonderlickste lidtmaten der Gemeynte Christi, ende behooren hem toe, ende hebben daerom den heyligen Gheest, ende zijn oock onder den bondt Gods ontwijfelick besloten, ende hebben een salichmakende ghemeynschap met den eewighen ende warachtigen God." Ik denk hier een sleutel te pakken te hebben om het doopformulier te begrijpen. Alleen wat bedoelt Micron hier precies? Als Micron zegt dat de kinderen de Heilige Geest hebben en een zaligmakende gemeenschap met de eeuwige en waarachtige God, hoe zit het dan met de kinderen die de Kerk de rug toekeren? Misschien is er iemand op dit forum die meer kennis heeft van Microns geschriften en geschriften van geestverwanten, die deze vraag kan beantwoorden? Alvast vriendelijk bedankt!

Beste vragensteller,

Je stelt een moeilijke, maar wel wezenlijke en mooie vraag. Ik wil proberen kort en kernachtig te antwoorden. Er zijn tweeerlei kinderen van het verbond. Dit moet je wel juist verstaan. De HC brengt in zondag 27 het genadeverbond ter sprake. "Zal men ook de jonge kinderen dopen?" (v+a 74) Ja, zeker, aangezien zij evenals de volwassenen in het verbond van God en Zijn gemeente begrepen zijn, zodat hun door Christus' bloed de verlossing van de zonden en de Heilige Geest die het geloof werkt, niet minder dan de volwassenen wordt toegezegd. etc. Het genadeverbond is in de Bijbel opgericht met de gelovigen en hun nageslacht (zie o.a. Gen. 17: 7 en Handelingen 2:37-39).

Gods genadeverbond wordt verkondigd aan alle mensen. Het werd met de gelovige Abraham opgericht en zijn nakomelingen, plus al zijn personeel op de boerderij. Daaronder waren niet-joden. Hetzelfde zien we op het Pinksterfeest in Jeruzalem. Joden en niet-joden (heidenen dus) horen de boodschap. Het genadeverbond wordt opgericht met de gelovigen en hun nageslacht. Van dat nageslacht worden alleen zij die de Heere Jezus met een waar geloof omhelzen ook geestelijk deelgenoot van het genadeverbond. Wie niet tot geloof komt als verbondskind gaat verloren. Al is zo iemand ook gedoopt. Calvijn zegt ergens dat het water van de doop het vuur van de hel niet zal kunnen blussen. Maar als kinderen nu als (ongeboren) baby of als jong kind komen te sterven. Dan moeten godzalige ouders niet twijfelen aan de verkiezing en zaligheid van hun kinderen. Zie D.L. hoofdstuk1 paragraaf 17. Niet uit een persoonlijk geloof, maar door de krachtige werking van het genadeverbond. En als de ouders zelf in het levende geloof staan, worden zij langs die weg persoonlijk getroost door de werking van de Heilige Geest, als hun kind jong gestorven is.

Mochten er nog vragen zijn, dan hoor ik het wel.

Groet en zegen,
Ds. H. H. Klomp

Dit artikel is beantwoord door

Ds. H.H. Klomp

• Geboortedatum:
  05-04-1949
• Kerkelijke gezindte:
  Christelijk Gereformeerd
• Woon/standplaats:
  Veenendaal
• Status:
  Actief

132 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven