Softe christenen moeten (niet) van zich afmeppen
Ds. J.D. Heikamp | Geen reacties | 05-05-2025| 08:07
Vraag
Het gedoe rondom de moeilijkheden die Christenen voor Israël heeft ondervonden tijdens een lezing die werd gehouden in Zaltbommel brengt me tot mijn overpeinzingen en mijn vraag. Inhoudelijk ga ik daarop niet in, ook bedoel ik de betreffende personen die daarbij betrokken waren niet persoonlijk. Maar... hoe zit het eigenlijk met ons, christenen? Worden wij niet al te soft? Wat zijn we soms toch een watjes... Is dat nu echt de bedoeling: je rechterwang toekeren als ze op de linker slaan? Vijanden liefhebben etcetera? Waar is het vuur? Wie durft Jezus na te volgen, ook wanneer Hij de verkopers de tempel uit slaat? Wie volgt Hem na wanneer Hij ronduit tegen bepaalde personen zegt dat ze kinderen van de duivel zijn?
Wanneer ik onderweg of tijdens een lezing wordt aangevallen dan heb ik een soort karwats bij de hand. Ik zal zo hard en snel als mogelijk van me af slaan, in het rond ranselen, want ik laat me niet zomaar aanvallen. En ik ben ook niet van plan om mijn auto te laten afbreken terwijl ik er nota bene zelf in zit. Ik zal zo hard mogelijk een waarschuwing door het raam roepen en daarna is het vol gas, voor- of achteruit, of beiden. Maar dat slappe gedoe, ik ben het zo zat als wat. Kom op, christenen, ga er eens voor staan! Roep eens duidelijke wat je er van vindt en mep erop los als dat nodig is omdat je wordt aangevallen.
Ik moet komen tot de uiteindelijke vraag. En die is eenvoudig: mag ik dit doen? Of mocht dat alleen in de tijd van het Oude Testament?
Antwoord
Vriend, als ik niks doe ben ik dan te soft? En als ik wel wat doe en mijn vuisten ga gebruiken ben ik dan een christen?
Ik heb het ook gelezen hoe de mensen van Christenen voor Israël werden belaagd in Zaltbommel. Afkeurenswaardig. Hadden ze dan met messen de pro-Palestijnen en joodse haters moeten doodsteken? U gebruikt het woord karwats. Na de Tweede wereldoorlog vond ik als jongen, samen met een vriendje, een karwats in onze schuur. Mijn vader zag dat en pakte de karwats uit mijn handen. Afblijven dat is geen kinderspeelgoed. Mijn vader en oudste broer waren bij de brandweer en het verzet. Dat was geoorloofd. De karwats heb ik nooit meer gezien. Was niet meer nodig.
Als christenen zijn we geen karwatsgroep. De gemeente Gods is een biddende groep mensen die bidden voor hun vijanden. Dat is onze taak en roeping.
Ten tweede is de overheid dienaresse Gods die ons behoort te beschermen in tijden van gevaar en opstand tegen christenen.
Hoe moeten de vervolgde christenen in India en vele andere landen met de pure vijandschap omgaan die hen overkomt? Verdiep u daarin en u zult met mij verwonderd raken hoe zij met de problemen omgaan die u schets. Dan vallen al uw bezwaren en maren er bij in het niets weg. Kom, weg met die lange tenen. Gebogen knietjes en gevouwen handen, worden we machteloos om te vechten, bidden: HEERE, vergeef het hun want zij weten niet wat ze doen.
Ds. J. D. Heikamp
Lees ook: 'Zelfverdediging van het individu'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.D. Heikamp
- Geboortedatum:09-11-1939
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Staphorst
- Status:Actief
