Oproepen van overleden mensen

1. Mijn vraag gaat over het paranormale. Weet u vanuit de Bijbel tegenargumenten te vinden tegen het praten/oproepen met/van overleden mensen?

2. Hoe kun je het best omgaan met occultisme? Kunt u op grond van de bijbel bewijzen dat het fout is, naast het argument dat alleen het geloof in God goed is? Ik weet niet goed hoe ik met mensen om moet gaan in mijn omgeving die occult beladen zijn.
 

1. In de hedendaagse praktijk duidt de term ‘occultisme’ op het terrein van de duisternis, waarmee het rijk van satan wordt bedoeld (occult = verborgen, duister). De Bijbel geeft op allerlei plaatsen aan dat occulte praktijken verboden zijn. Bijv. in Deuteronomium 18:9-14. Er staat niet dat het niet werkt, maar dat het niet toegestaan is. Die praktijken, zoals waarzeggerij en het oproepen van geesten, zijn een gruwel in Gods oog. Koning Saul gaat naar een spiritiste te Endor, omdat God voor straf niet meer tot hem spreekt (1 Sam. 28). Wanneer 1 Kronieken 10:13-14 op het leven van Saul terugziet, zegt de Schrift daar, dat hij door God verworpen is, omdat hij het woord van God niet in acht heeft genomen. In het bijzonder staat daar het raadplegen van de geest van een dode. Het bedrijven van waarzeggerij en tovenarij is een van de oorzaken van de ondergang van het Tienstammenrijk (2 Kon. 17:17-18).

De Heere Jezus bevrijdt mensen die te maken hebben met satanische machten: Hij bevrijdt van boze of onreine geesten (= demonen). “Wat woord is dit, dat Hij met macht en kracht de onreine geesten gebiedt, en zij varen uit?” (Luk. 4:36, Mar. 1:27). Soms zijn mensen in lichte mate occult belast (zoals de man in de synagoge, Mar. 1, en de vrouw in de synagoge, Luk. 13), andere keren zijn zij vol boze geesten, zoals de bezetene te Gadara.

Het uitwerpen van demonen is niet beperkt tot Jezus zelf. Al bij de eerste uitzending van de twaalf discipelen (Mar. 3:15) om het evangelie te verkondigen krijgen zij ook de opdracht om ziekten genezen en de duiveìlen uit te werpen. Vgl. Markus 6:7, Mattheüs 10:15 en 18, en Lukas 9:1. Het vervolg vinden we in Markus 6:13: “En zij wierpen vele duivelen uit, en zalfden vele kranken met olie en maakten hen gezond”. “Degenen, die geloofd zullen hebìben, zullen deze tekenen volgen: in Mijn Naam zullen zij duiveìlen uitwerpen ...” (Mar. 16:17).

2. Onze houding: gebed, geloof en aandoen van de geestelijke wapenrusting, om beschermd te zijn tegen de vurige pijlen van de boze (Ef. 6:16). Dan hoef je niet bang te zijn voor negatieve invloeden. Tevens is het van belang om voorbede te doen voor de mensen die occult belast zijn. Zo mogelijk een gesprek aangaan: hoe komt het dat je zover gekomen bent? Vaak is er een geschiedenis van nood en eenzaamheid, soms heeft men alleen geëxperimenteerd. Vervolgens mag je getuigen van de bevrijding door Jezus Christus. Occulte belasting brengt vaak angst te weeg, maar bij de Heere Jezus is rust en vrede te krijgen. Als een ander echt om hulp vraagt en bevrijd wil worden, kun je adviezen geven, doorverwijzen naar hulpverleners, en ook zelf bidden om die bevrijding.

Op de vraag van de discipelen waarom zij een demon niet konden uitwerpen, zei Jezus: “Om uws ongeloofs wil” (Mat. 17:20); en: “Dit geslacht kan nergens door uitgaan dan door bidden en vasìten” (Mar. 9:29). Geloof en gebed, soms in combinatie met vasten, zijn belangrijke componenten in de wapenrusting van christenen voor de geestelijke strijd.

Vorige week vertelde een jongen van ongeveer 20 jaar nog, dat hij verstrikt was geraakt in verkeerde muziek: satanic heavy metal. Het ging beetje bij beetje; hij wist als christelijke jongere heus wel dat het verkeerd was, maar het was zo spannend... Steeds meer kwam hij in de greep van de duisternis. Op den duur kon hij er niet meer mee breken. Waarom niet? Omdat satan hem in zijn greep hield. Gelukkig heeft God krachtig ingegrepen en hem bevrijd. De jongen vertelde: als dat niet gebeurd was, leefde ik niet meer. Want ik deed al aan zelfverwonding. Satan wilde dat ik een eind aan mijn leven zou maken. Nu ben ik gered en leef! Daarom wil ik anderen waarschuwen voor die muziek. Het is als drijfzand: eerst zak je tot je enkels, daarna tot je knieën, daarna tot je middel. In het begin denk je dat je nog terug kunt, maar op den duur kun je er zelf niet meer uitkomen, ook al wil je het. Maar bij Jezus is redding!

Wie meer wil weten over dit onderwerp, kan terecht in diverse boeken. Recent heb ik hierover  “Occulte machten en bevrijding” geschreven, uitgegeven bij Groen in Heerenveen (okt. 2005). Dit is een bewerking van lezingen die voor Driestar-educatief in Gouda gehouden zijn. In dat boekje staan ook literatuursuggesties en adressen voor hulpverlening.

Zie ook op Refoweb: 'Omgaan met witch in de klas'.

Prof. dr.  M. J. Paul

Dit artikel is beantwoord door

prof. dr. M.J. Paul

• Geboortedatum:
  13-03-1955
• Kerkelijke gezindte:
  PKN (Hervormd)
• Woon/standplaats:
  Oegstgeest
• Status:
  Actief

262 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven