Vraag
Bij ons op de bijbelkring is een discussie ontstaan n.a.v. het boekje "Levend Geloof" van ds. Vreugdenhil over de vraag m.b.t. het sterven van jonge kinderen. Enkele mensen meenden op grond van de Dordtse Leerregels te mogen zeggen dat jonggestorven kinderen van godzalige ouders verzekerd kunnen zijn van hun verkiezing en zaligheid. Maar dat onbekeerde ouders, deze zekerheid niet hebben. Maar hoe moet ik dit zien wanneer één van de beide ouders nog onbekeerd is? Wat is dan de juiste uitleg van de Dordtse Leerregels, Hfdst 1:17?
Antwoord
De zaligheid van jong gestorven kinderen hangt niet af van het geloof van de ouders, maar die is er uit kracht van het genadeverbond. Niet als automatisme. Ook als één van de ouders echt gelovig is kan hun kind behouden zijn. Om het antwoord kort te houden heb ik een preek bijgevoegd over de DL art. 17 en 18. Daarin kun je uitgebreid lezen hoe onze Dordtse vaderen over deze materie spraken.
Ds. C. G. Vreugdenhil
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C.G. Vreugdenhil
- Geboortedatum:02-04-1946
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Houten
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus-predikant
Bekijk ook: