De grootheid van de Schepper in het weer

J. Krijgsman | Geen reacties | 21-01-2010| 13:12

Het weer is een veel besproken onderwerp. Als je ergens komt, begint men vaak als eerste over het weer. Voor de één is het ‘s zomers te warm, voor een ander is het ’s winters te koud. Voor weer een ander is het te nat. Het weer houdt iedereen bezig. Op z’n minst opmerkelijk. Waarom? Omdat we het weer niet kunnen beïnvloeden. We denken overal grip op te hebben.


Psalm 147:16-19
16 Hij laat het sneeuwen als wol, rijp strooit hij uit als stof,
17 hagel werpt hij in brokken neer, wie is tegen zijn koude bestand?
18 Hij zendt zijn woord en alles smelt, hij stuurt zijn adem, de wateren stromen.
19 Hij maakt zijn woorden aan Jakob bekend, zijn wetten en voorschriften aan Israël.

 

Met satellieten en allerlei ICT-technieken kunnen we een heleboel meten en dus voorkomen. Maar als het maar even sneeuwt, is het hele ver­voerssysteem ontregeld. Een weeralarm is vaak niet betrouwbaar. Zelfs een buienradar niet. Laat staan een weerbericht. Is dit niet opnieuw bewezen de laatste weken?

De onvoorspelbaarheid van het weer moet ons bepalen bij ons nietig-zijn als mens. Het zijn allemaal vingerwijzingen van Hem. Wie zijn we als mens bij de Schepper? We willen niet afhankelijk zijn van de Heere. Misschien wordt er daarom zo vaak gemopperd op het weer. Wij willen alles zelf regelen zonder onze Schepper. Dat is nu zonde. Als daar geen verandering in komt, zal Hij ons daarop afrekenen. Ons veroordelen. Vandaag luisteren we naar de grootheid van de Schepper in het weer. 

Bedenkingen
Misschien denk je: Moet dit? Je kunt toch veel beter iets vertellen hoe de Heere mensen tot bekering en geloof brengt en hen verder leidt. Daar leer je tenminste iets van. Voordat je verder gaat met je bedenkingen, gaan we eerst maar eens luisteren wat de Bijbel ons over dit onderwerp te vertellen heeft. De bedoeling, ook van deze toespraak, is dat je onder de indruk komt van de  rootheid van de Schepper en tot bekering en geloof in Hem.  

Sneeuw en rijm
Wel 20 keer wordt in de Bijbel gesproken over sneeuw. De ene keer wordt het letterlijk bedoeld zoals in onze tekst. Soms wordt het figuurlijk gebruikt: ‘En Zijn hoofd en haar was wit gelijk witte wol, gelijk sneeuw’  (Openbaring 1:14). Daar gaat het over de Heere Jezus.

In onze tekst staat dat de Heere de sneeuw geeft als witte wol. Hier wordt een vergelijking gemaakt met wol. Zo wit en licht als wol is, zo is het met de sneeuw. Hij gééft de sneeuw. Geen mens kan dat tegenhouden. Hij zegt: ‘Zijt gij gekomen tot de schatkameren der sneeuw ?’ (Job 38:22). Met andere woorden: Ik heb alles in Mijn handen. Alleen dat al moet ons klein maken voor Hem. Wie zijn wij tegenover de almachtige Schepper?

Wat een prachtig gezicht is het als het gesneeuwd heeft en er nog geen sporen instaan. Wat is dan witter dan sneeuw? ’s Avonds geeft het een heldere gloed, zodat het lijkt alsof het minder donker is. Wat een prachtig gezicht is het als daarbij ook de rijm op de takken van de bomen ligt. Er staat dat Hij de rijm strooit als as. Het is als met die smit die de as van zijn vol geworden asbak weggooit. Zo doet de Heere het met Zijn rijm. Hij strooit het uit op de bomen en struiken met als resultaat een schitterend gezicht. Het is om stil van te worden.

Begrijpen wij nog de lessen die in de sneeuw liggen? De Heere wil ons daar als het ware een handje bij helpen. Hij zegt: ‘Komt dan en laat ons tezamen rechten, zegt de HEERE; al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw; al waren zij rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol’  (Jesaja 1:18). Maak je zelf de toepassing?

Hagel en vorst
Hij geeft niet alleen sneeuw en rijm, maar ook hagel, ijs en kou. We hebben het de laatste tijd kunnen merken dat het ijskoud kan zijn. Zeker als daarbij nog een stevige wind staat. Het kan zo koud zijn dat niemand dit kan verdragen. Vraag dat maar eens aan onze daklozen. Vandaar de vraag in onze tekst: Wie zou bestaan voor Zijn kou? Het antwoord is als vanzelf duidelijk: niemand. Het wordt hoog tijd geestelijk lessen te trekken.

IJskoud
Zo zijn wij vanuit onszelf als het over de geestelijke zaken gaat. IJs en ijskoud is ons hart. De Bijbel gaat nog verder en zegt dat we geestelijk dood zijn (Efeze 2:1 en 5). We zijn wat dat betreft niet schitterend wit en rein als de sneeuw, maar inwendig nog zwarter dan de zwartste grond. Dat is onze schuld en niet Gods schuld. Zoals we niet kunnen bestaan voor Zijn kou, zo kunnen we met ons koude, dode hart niet voor Hem bestaan. God kan geen relatie hebben met de zondaar buiten het geloof in Christus. Door onze zonden hebben wij de relatie met Hem dichtgetimmerd. Op ons levensdak ligt een kilometers dikke ijskorst en meters sneeuw. Totaal afgesloten voor de stralen van de Zon de gerechtigheid, de Heere Jezus (Maleachi 4:2). Misschien oud nieuws voor je, maar heb je het wel eens doorleefd? Laat de natuur in deze dagen van sneeuw en kou je een les zijn.

Zijn Woord en Geest
Zodra het voorjaarszonnetje gaat schijnen en er een zachte wind komt, smelten sneeuw en ijs als ‘sneeuw voor de zon’. Als alle sneeuw en ijs weg is, kun je niet begrijpen dat er zo’n laag sneeuw en ijs zo lang gelegen heeft. Wat een voorjaarsregentje en –zon al niet teweeg kunnen brengen.

Zo is het met Zijn Woord en Geest. Ook daarmee trekt de Heere een vergelijking vanuit de natuur. Zoals zon en regen in de natuur hun werk doen zodat nieuw leven ontstaat, zo doet ook Zijn Woord (Spreuken 25:13 en Jesaja 55:10,11).

Als we Zijn Woord horen of lezen doet het altijd wat. Of het verhardt je, of je ‘smelt’ er geestelijk gesproken onder als ‘sneeuw voor de zon.’ Ze smelten van liefde tot Hem en berouw over hun zonden omdat Hij hun Zijn Woord en voorschriften bekend maakt (Psalm 147:19). Hij brengt ze er geestelijk gesproken mee in aanraking. Bijbelgedeelten die je misschien al tientallen keren hebt gehoord of gelezen worden dan nieuw. Dat is een Woord van veroordeling en aan de andere kant een Woord van genade. Hij zorgt door Zijn Heilige Geest voor het juiste evenwicht.

Als het alleen een Woord van veroordeling is, worden mensen nog kouder en harder. Daarom mengt de Heere er altijd een Woord van Zijn liefde in. Dat ontdooit nog meer dan de pekel de ijzel ontdooit. De liefde trekt altijd op God aan. Ook als alles je geestelijk gesproken veroordeelt. Neem dit als geestelijke les mee.

Al trekt de liefde altijd op God aan, dat betekent wel dat de liefde klaagt over de koudheid en hardheid van het innerlijk. Dan beleef je dat ons hart zo hard, koud en dik is als de grootste gletsjer.
Op die manier krijg je de Heere Jezus nodig Die Zichzelf aanprijst als de Zon de gerechtigheid.

Zoals in de natuur eerst de sneeuw en ijzel moet smelten om de eerste voorjaarsknoppen te zien, zo ook geestelijk. Als wij geestelijk gaan smelten zien we op Gods tijd ook iets van de heerlijkheid van de Heere Jezus. Dat kan zomaar onverwachts zijn, zoals we in de tuin ineens oog krijgen voor nieuw leven dat door de sneeuw zichtbaar wordt. We noemen dat een ‘openbaring’ van Hem. Wat een heerlijkheid zien we dan in Hem. Vanaf dat moment wordt Hij ons leven en gaan we uit Hem leven.

De vier jaargetijden
Ook in het leven door Hem en met Hem liggen lessen in de natuur. Zoals de vier jaargetijden zich afwisselen, zo is het ook geestelijk. Wat een hete zomers zijn er. Geestelijk kan er wel eens zoveel liefde tot de Heere Jezus zijn, dat Gods kinderen vragen: wilt U het iets temperen? Wat is het voorjaar heerlijk met een zachte wind. Geestelijk zijn er tijden dat Gods kinderen zich verblijden in de Heere Jezus. Keer op keer. In de herfst heb je regen en wind. Gods kinderen kennen tijden van verzoeking en beproeving. De winters kunnen koud zijn. Zo komen er tijden in het leven van Gods kinderen dat ze zich weer koud voelen. Dat hadden ze in de geestelijke zomer niet gedacht.

In de natuur komt na de winter de lente. ‘Voortaan al de dagen der aarde zullen zaaiing en oogst en koude en hitte en zomer en winter en dag en nacht niet ophouden’  (Genesis 8:22). Zo ook geestelijk. Niet dat Gods kinderen dat kunnen bekijken, maar Hij zorgt daarvoor.

Een omgewaaide boom
Gods kinderen moeten ver van de zonde blijven en de zonde in zich bestrijden. Waarom? In de zomer kan een stevige boom door een rukwind ineens omwaaien. Zo kan een kind van God zichzelf in één minuut geestelijke schade toebrengen dat ze ‘omwaaien’. Vaak houden ze levenslang last van die val.   

Weeralarm
Onze weeralarmen kloppen vaak niet. Die van de Heere wel. Hij komt met de stormen van Zijn toorn over de zonden! Nu is er nog plaats bij Hem in Christus (Exodus 33:21; Psalm 91:1). Zoek deze Schuilplaats. Leg je oor te luisteren bij Zijn weeralarm en zoek in de Heere Jezus Christus beschutting tegen de zeer ijzige stormen van Gods toorn tegen iedere zondaar buiten de Schuilplaats Christus. 

J. Krijgsman op 21-01-2010, 13:12
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Meer nieuws

Rover van de hel

BENNEKOM - Op DV vrijdag 12 februari hoopt evangelist en jongerenwerker John Kamphuis een DRIE-avond te leiden. Hij is voltijd werkzaam bij Stichting HeartCry. “M'n hart is brandend om de rest van mij...
1 reactie
20-01-2010

Straten vernoemd naar zelfmoordterroristen

De Palestijnse Autoriteit (PA) eert zelfmoordterroristen door straten en pleinen naar hen te vernoemen. De SGP heeft hier onlangs vragen over gesteld aan minister Verhagen van Buitenlandse Zaken. Kame...
Geen reacties
18-01-2010

Gedichtenwedstrijd

DV 23 januari geeft dirigent Bert Noteboom met het Jeugdselectiekoor een briljant concert in de Catharinaparochie in Barneveld. Tevens wordt de nieuwe cd 'het paradijs' gepresenteerd. De organisatie h...
5 reacties
16-01-2010
design website door design website by Mooimerk website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis hosting website door hosting website by STH Automatisering