Verschil van gewone zonden en boezemzonden

Mijn vraag gaat over het verschil van ‘gewone’ zonden en boezemzonden. Wordt dit ook verschillend toegerekend? En hoe moet je tegen boezemzonden strijden? Wat als de schuld van je boezemzonde je zwaar drukt, je elke dag hiermee geconfronteerd wordt en de ‘andere’ zonden tegen Gods wet je minder drukt, terwijl dit ook elke dag gebeurt?

Beste vragensteller/-ster,
 
Je stelt een aantal vragen. Ik zal deze stuk voor stuk proberen te beantwoorden.

Het verschil tussen boezemzonden en andere zonden is er alleen in naam: voor God is er geen verschil. Door één zonde is immers de erfzonde doorgegaan tot het nageslacht van Adam en hierdoor de dood gekomen. Alle zonden zijn even erg voor God. Er is dus ook geen verschil in bestraffing: alleen de erfzonde maakt ons al schuldig aan de eeuwige dood en niet alleen de dadelijke zonden (de zonden die we daadwerkelijk doen). 
 
Boezemzonden zijn extra grote doodsvijanden, omdat we er zo intens mee bevriend waren voor onze bekering. We staan weliswaar schuldig aan al Gods geboden en heel Gods wet, maar dat neemt niet weg dat het ene gebod een zwaardere strijd tegen de oude mens oplevert dan het andere gebod.
 
De strijd tegen boezemzonden is zwaar en daarom moeten we in de eerste plaats strijden op onze knieën door de macht van deze boezemzonden bij de Heere te brengen en Hem te smeken om kracht tegen deze zonde. Het is eens te meer bidden in geval van deze boezemzonden “als ik de genegenheid heb, geef mij dan niet de gelegenheid; als ik de gelegenheid heb, geef mij dan niet de genegenheid.” 
 
Daarnaast geldt ook wat de Heere Jezus zegt over oog of rechterhand; wanneer deze ons ergeren kunnen we beter met één oog of één hand in het eeuwige leven ingaan dan met twee voor eeuwig verloren. Dat betekent concreet alle mogelijkheden tot verleidingen tot de boezemzonde(n) radicaal afsnijden waar je kunt.
 
Er was eens een directeur die een directeur van een transportbedrijf die een chauffeur voor in de bergen nodig had. Hij nam niet degene aan die zich erop beroemde hoe dicht hij langs de kant van het ravijn kond rijden, zonder er in te rijden. Hij nam die chauffeur aan die zei zo ver mogelijk van de kant vandaan te blijven.
 
Geestelijk vraagt dit een houding waarin je jezelf bewust bent, wanneer je in de boezemzonde kunt vallen. Wanneer je dat je bewust bent, dan moet je deze gelegenheden vermijden.
 
Ik hoop zo wat handvatten en antwoorden gegeven te hebben: Gods zegen daarin, juist aan het begin van een nieuw jaar.
 
Ds. M. W. Muilwijk