Pleit op de beloften van de doop

In een artikel van het Reformatorisch Dagblad van vrijdag 30 mei beschrijft ds. J. Joppe op een mooie manier aan jongeren het belang om met de Heere verbonden te zijn. Aan het einde van het artikel zegt ds. Joppe: "Geloof in Hem. Verbind je aan Hem. De Heere wil niet dat je omkomt, maar dat je tot bekering komt en met Hem verbonden wordt. De Heere eist geloof en bekering en Hij wil dat ook overvloedig geven. De doop is een teken en zegel van Gods verbond. Pleit op de beloften van de doop. De Heilige Geest werkt het geloof door de prediking van het Evangelie." Nou is de zin "Pleit op de beloften van de doop" de zin waar ik een vraag over heb. Welke beloften zijn er precies verbonden aan de doop en waar staan die in de Bijbel? Ik geloof dat God Zijn beloften zowel in het Oude Testament als het Nieuwe Testament verbindt aan het geloof in Hem, en alléén het geloof. Zoals ook beschreven in Romeinen 4:3b: "En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid." En ook in Genesis 15 staat er in vers 6: "En hij geloofde in den HEERE; en Hij rekende het hem tot gerechtigheid." Dit was nog voor het verbond in vers 18: "Te dienzelven dage maakte de HEERE een verbond met Abram." Nu benadrukt ds. Joppe natuurlijk ook het belang van het geloof, maar hebben we meer pleitgrond omdat we gedoopt zijn vraag ik me af? Is het niet gevaarlijk om te steunen op onze doop net als veel Joden steunen op hun besnijdenis en afkomst en denken daarin gerechtvaardigd te zijn voor God?

Twee dingen:

1. Deze vraag is gesteld aan de hand van een lezing van broeder-collega ds. J. Joppe voor onze jongeren. Ik vind dat deze vraag dan ook aan hem gesteld moet worden. Richt je daarom (telefonisch of schriftelijk) tot hem. Hij zal zeker naar je luisteren en je vraag beantwoorden.

2. Een enkele reactie van mijn kant: de doop op zich heeft niets verdienstelijks, integendeel. Alle verdiensten liggen in de betekende zaak van de doop: de vergeving van de zonden en de vernieuwing van je hart en leven door het bloed en de Geest van Christus. Alle verdiensten liggen in Hem, in Hem alleen. Wel is het zo dat jij met je gedoopte voorhoofd des te meer reden van de HEERE hebt ontvangen om tot Hem  te gaan, Hem smekend om Zijn genade, in de doop beloofd en toegezegd. Ds. L. G. C. Ledeboer zei al tegen zijn jonge catechisanten: “Door jullie doop hebben jullie grond om tot Hem te gaan, wees daar dan werkzaam mee. Laat je gedoopte voorhoofd aan Hem zien. In deze weg maakt Hij Zijn Woord waar: Doe uw mond wijd open en Ik zal hem vervullen (Ps. 81:11).”

Ds. D. W. Tuinier

Dit artikel is beantwoord door

Ds. D.W. Tuinier

• Geboortedatum:
  28-04-1964
• Kerkelijke gezindte:
  Gereformeerde Gemeenten
• Woon/standplaats:
  Kampen
• Status:
  Inactief

100 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven