Heilige afschuw van alle zonde

Ik weet het nu echt niet meer. Ik las net in de Korte Verklaring iets over dat je een "heilige afschuw van alle zonde" moet hebben en nog meer van dat soort dingen. Ik zie soms mijn zonde helemaal niet. Als ik het wel zie, heb ik heel erg spijt en wil ik me meteen ervan bekeren. Maar soms dan heb ik het idee dat ik iets verkeerd doe, maar dan weet ik niet precies wat en wat ik dan moet doen. Er staat ook (in de KV) dat je je moet laten beheersen door Christus en alles doen naar Zijn wil. Ik weet echt niet hoe dat moet. Ik weet soms ook niet hoe ik de ander kan dienen en moet ik altijd de ander zijn behoud zoeken? Ik maak me ook heel vaak zorgen over het behoud van mijn familie en vrienden. Mijn broer en zus bijvoorbeeld gaan best vaak uit. Er wordt bij mij in de kerk helemaal niet moeilijk over bijv. popmuziek gedaan en ik voel bijna niets van de eenheid die er zou moeten zijn.

Vaak is het nodig om op een punt te komen dat we het niet meer weten. Gevist en nog eens gevist, heel de nacht en niets gevangen! Zo kunnen we wat worstelen met de dingen van het Koninkrijk en niets vangen. We zijn het ons vaak niet bewust, maar we vissen soms aan de verkeerde kant. Het net moet uitgeworpen worden aan de andere kant. Zo staat er een man, De Man, aan de oever en Hij is het die het je toeroept; werp je net aan de andere zijde en gij zult vangen (Joh. 21:6). Wat kunnen mensen moe zijn van het vissen. Doodop! Je vist in de Korte Verklaring en je vangt alleen maar dingen die je veroordelen. Je gooit ze weer terug in de vijver, je mag ze niet mee naar huis nemen, het is immers verboden terrein.

Maar goed we vissen zo graag, het zit in onze genen. Hier moet er dit en daar dat. Dat ellendige moeten, vindt u ook niet? Maar als er niets moet dan klinkt het ook verdacht. We doen immers zo graag wat. Vooral vissen! Het liefst in de vijver waar het bordje staat "verboden te vissen." Hoe meer bordjes "verboden te vissen" hoe sterker de drang om toch je dobber uit te werpen (Rom. 7:8).
 
Zo wordt er wat onrechtmatig gevist in de vijver waar je helemaal niet in mag vissen zonder vergunning. Weer zo’n vis: "Je moet je laten beheersen en alles doen naar Zijn wil." Weer een: "Je moet een heilige afschuw hebben van de zonde." Weer een grote gevangen: "Je moet de ander dienen en de ander zijn behoud zoeken." Ja, aan het eind van de dag moet je ze weer teruggooien, je hebt geen recht op deze vissen. U moet immers eerst een vergunning hebben en dan mag je pas gaan vissen. Hebt u wel een vergunning beste vraagsteller(ster)?

Waar wil ik eigenlijk heen? U moet eerst een vergunning hebben voordat u mag gaan vissen. Paulus zegt het zo: "Niet mijn rechtvaardigheid die uit de wet is maar die uit Christus is" (Fil. 3:9). Te mogen weten, door Gods genade, dat ik niet meer van mijzelf ben, maar door de Heilige Geest één met Christus. Eén plant geworden (Rom. 6:2). Vrijgemaakt van alle kramp en moeten. Vrij van de wet om dan rechtmatig te mogen vissen zonder angst. Wat een wonderlijk leven. Alles is reeds toebereid, alles ligt klaar (Efeze 2:10) er moet niets meer, het is reeds gedaan (Rom. 10:9). Hij deed de wil van Zijn Vader, Hij had een heilige afschuw van de zonde. Hij diende de ander en zocht het behoud van goddelozen.

Vriend of vriendin, wie Hem heeft, die heeft alles. Is in Hem volmaakt (Kol. 1:28). Ongelooflijk, maar het is waar, het Woord zegt het! Die moeten niets meer, die mogen ontspannen vissen tot Eer van Hem.

Van harte Gods zegen toegebeden.

Uw ds. A. Simons,
Vinkeveen

Dit artikel is beantwoord door

Ds. A. Simons

• Geboortedatum:
  07-05-1958
• Kerkelijke gezindte:
  PKN (Hervormd)
• Woon/standplaats:
  Valburg-Homoet
• Status:
  Actief

162 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven