Vraag
Sinds korte tijd mag ik weten van genade en de werking van de Geest. Daardoor ben ik ook bewust van zonde die ik doe. Soms wanneer ik bijvoorbeeld verkeerd spreek over iemand komt de gedachte dat ik op dat moment zonde doe naar boven. Maar waar ik tegen aan loop is dat ik bepaalde zonden laat, juist doordat ik er door God bewust van ben geworden, en dat ik daardoor eigenlijk denk dat het over het algemeen wel mee valt met mij. Dit is natuurlijk absoluut niet zo, want ik doe net als ieder mens nog steeds zonde, maar ik vind dit wel heel moeilijk.
Ik ben een enorme denker (misschien te veel) en loop hier dus tegen aan. Behalve bidden om leiding hier in, zijn er nog dingen die je kunt doen om er bijvoorbeeld meer bewust van te worden dat je zondaar bent en blijft? Dit geldt overigens voor meer dingen, zoals de ontvangen genade, het offer van God, etc.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Als ik je goed begrijp is jouw vraag eigenlijk de aloude vraag uit Zondag 2 van de catechismus: “Waaruit kent gij uw ellende?” Gelukkig staat het antwoord erbij: “Uit de wet Gods.” Zondag 44 haakt daarbij aan: “Waarom laat ons dan God alzo scherp de tien geboden prediken, zo ze toch niemand in dit leven houden kan?” En dan is het antwoord: ‘Eerstelijk, opdat wij ons leven lang onze zondige aard hoe langer meer leren kennen en des te begeriger zijn om de vergeving der zonden en de gerechtigheid in Christus te zoeken. Daarna, opdat wij zonder ophouden ons benaarstigen, en God bidden om de genade van de Heilige Geest, opdat wij hoe langer hoe meer naar het evenbeeld van God vernieuwd worden, totdat wij tot deze voorgestelde volkomenheid na dit leven geraken.”
Volgens mij wordt hier het antwoord op jouw vraag gegeven. Het is een goed teken dat je bepaalde zonden laat omdat de Heere je ervan bewust heeft gemaakt. Dat zie je zo ook in Zondag 44 terug. Maar Zondag 44 zegt ook: wanneer je ziet hoe in zondag 34-44 de wet van God wordt uitgelegd en toegepast en wanneer je dat echt op je in laat werken, dan blijft er weinig over van de gedachte ‘dat het met mij wel meevalt’. Integendeel, dan leer je waar al die concrete zonden uit voortkomen: je zondige aard. Als het goed is hoor je dat ‘s zondags terug, want Zondag 44 zegt dat God “de tien geboden scherp laat prediken.” Uiteraard is het de Heilige Geest Die ervoor zorgt dat die “scherpe prediking van de wet” ook echt je hart raakt. Daarom luisteren we biddend naar de preken.
En tenslotte leren we in Lukas 5:8 dat Petrus juist tot de doorleefde belijdenis van zijn zondigheid komt wanneer hij de heerlijkheid van de Heere Jezus voor zijn ogen getekend krijgt. Juist als je ziet hoe heerlijk de Heere Jezus Christus is, zie je des te duidelijker wie je in jezelf bent: een arme zondaar en niets meer dan dat!
Ds. A. D. Fokkema
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.D. Fokkema
- Geboortedatum:18-09-1986
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Kerkwerve
- Status:Actief
