Kerkelijke randzaken

Graag wil ik deze vraag stellen aan iemand uit de Gereformeerde Gemeenten. De laatste jaren worstel ik met onze plaatselijke gemeente. Dit gaat met name over kerkelijke randzaken. In de prediking horen we wat Gods Woord leert. Echter blijkt dat er tegenwoordig veel meer dingen kunnen dan vroeger. Op zondag hebben alle dames een rok aan. Kom je echter op maandag in de supermarkt dan hebben veel vrouwen een broek aan. Ik weet van de discussie aangaande dit onderwerp. U hoort mij niet zeggen dat dit een voorwaarde voor bekering o.i.d. is, maar als ik de Bijbel er naast houdt en de kerk/avondmaalsgang er naast leg dan is het toch heel hypocriet? Ik begrijp het echt niet... Of zie ik dingen verkeerd?

Een kerstboom hoort bij kerst, is iets wat open en bloot op internet wordt gezet. Terwijl Jeremia 10:2-5 volgens mij toch iets anders zegt... De kermis wordt door kerkleden druk bezocht. Wat is mis mee...? In gesprekken wordt aangegeven dat je toch een beetje open minded moet zijn etc. Hoe kan het dat men vijftien jaar terug aangaf dat dit echt niet kon en nu kan het ineens wel en ben je ouderwets als je hier vragen over stelt? Is de Bijbel de afgelopen tijd dan veranderd? Of lazen de mensen vroeger dan niet goed in de Bijbel en weten we het nu beter?

Er wordt dan aangegeven dat deze zaken niet zo belangrijk zijn, maar dat het gaat om het geloof in Jezus Christus. Helemaal mee eens! Het zijn bijzaken. Maar zijn deze dingen dan onbelangrijk? In Gods Woord wordt toch zo vaak gezegd: bekeert u en geloof het evangelie, verlaat uw slechte weg en leef. En dit op nog tal van Bijbelplaatsen. Ik weet, het zijn veelbesproken punten, maar ben ik medeverantwoordelijk voor zulke zaken als ik lid ben? Hoe moet ik hier mee omgaan? Ook in het gezin?

Beste vraagsteller,

Je vraag is in andere bewoordingen al meerdere keren op refoweb gesteld. Zelf gaf ik antwoord op: 'Het lijkt allemaal gemakkelijker', 'Buitenkant christendom' en 'Vader en zoon dol op voetbal'; zie ook mijn derde artikel de discussie enkele jaren geleden over het dragen van een baard. In alle antwoorden zitten elementen die ik bij elkaar zou willen nemen om over jouw vraag verder na te denken. Bij het laatste onderwerp werd mij gevraagd of een synode nu eens voor eens en altijd klip en klaar op grond van de Bijbel  en set van leefregels zou kunnen opstellen waar iedereen zich aan zou moeten houden. Je voelt ook wel aan dat aan zo’n lijst geen einde zal komen. Daar moeten we het niet in zoeken. Maar de Bijbel roept ons wel op om niet “wereldgelijkvormig” te worden. Zoek maar eens op Refoweb op de zoekterm “wereldgelijkvormigheid”: dan kom je nog meer vragen tegen die jouw vraag raken.

Dit is wat mij betreft het korte antwoord en ik zou het daarbij kunnen laten, maar dan maak ik mij er wat gemakkelijk vanaf. Want ik proef een serieuze worsteling in jouw vraag. Het gaat je niet om de regeltjes en de buitenkant als zodanig, maar je bent oprecht op zoek naar een antwoord op de vraag hoe een waar christen tot eer van God zijn leven behoort in te richten. En je maakt je oprecht zorgen over schuivende panelen die je in je omgeving meent waar te nemen. Uit de slotzin van je vraag neem ik aan dat je een gezin hebt en dat je hier ook in je gezin mee worstelt. Er zijn waarschijnlijk in je gemeente gezinnen, die er een ‘lossere’ levensstijl op na houden. Dat nemen jouw kinderen waar en die raken in verwarring: in dat gezin gaan vader en/of moeder ook aan het Avondmaal en daar mogen ze veel meer dan wij thuis mogen. Hoe moet je daarmee omgaan? En als ik dan op een Bijbels verantwoorde manier antwoord wil geven, waar je hopelijk een stapje verder mee kunt komen, dan wordt het toch weer een erg lang antwoord. Zo’n antwoord geef ik niet graag uit de losse pols. 

Het leven en denken in gehoorzaamheid aan Gods heilzame geboden staat haaks op ons door de zonde ontluisterd leven en verduisterd verstand. De kern van de wet van God is niet gelegen in het zwart/wit doen of nalaten van een lijstje ge- of verboden. De kern van de wet van God is liefde. En een gelovig omgaan met Gods wet betekent niet in de eerste plaats dat je Gods geboden houdt omdat het moet, maar omdat je de God van die geboden hebt leren liefhebben. De wet en het gebed worden in de HC niet voor niets in het stuk van de dankbaarheid behandeld. Als we over christelijke levensstijl spreken moeten we dat doen vanuit een leven met Christus. Zonder die geloofsverbinding heeft het meer van doen met werkheiligheid en wetticisme dan met ware Godsvreze. Welk onderwijs heeft Jezus Zelf hierover nagelaten?

Mij ontbreekt op dit moment de tijd om daar nu dieper op in te gaan. Nu ik echter A heb gezegd, ben je ongetwijfeld benieuwd naar de rest van het alfabet. Begin alvast maar met de bovengeciteerde vragen te lezen, dan zul je al vast zelf wel een beetje bedenken in welke richting ik een antwoord op jouw vraag zal gaan zoeken. Ik  hoop dat je me wat tijd gunt om de volgende vier deelonderwerpen uit te werken in vier opvolgende separate antwoorden.

1. Christelijke levensstijl is niet in een sluitend stelsel van  regels te vatten. We moeten voor alle dingen leren heel goed naar de Bijbel luisteren. Wat zegt Gods Woord? (gepubliceerd op 24 maart 2021)
2. Christelijke levensstijl staat niet los van de geldende (sub)cultuurnormen en accenten verschuiven dus in de loop van de tijd. (gepubliceerd op 5 april 2021)
3. Christelijke levensstijl is niet onbelangrijk. Je maakt je er te gemakkelijk mee af als je dat alles maar “buitenkant” noemt. Doet het er allemaal niet toe hoe je leeft? Jawel! Maar hoe dan? (gepubliceerd op 14 april 2021)
4. Hoe ga je om met “schuivende panelen”? (gepubliceerd op 19 april 2021)

Ik wil het er voor nu even hierbij laten, maar ik beloof dat ik op de bovenstaande punten terug zal komen. Ik wil je aansporen om zelf over de bovenstaande punten bij een geopende Bijbel na te denken. En niet op te houden om te bidden en te worstelen om van de Heere zelf te verstaan welke de goede en welbehagelijke wil van God is (Romeinen 12:2). Want alleen in die weg kunnen we de strijd aan tegen de wereldgelijkvormigheid waartoe ons aller hart neigt.

Zijt heilig, want Ik ben heilig, spreekt de Heere! (1 Petrus 1:16)

J. P. van den Brink

Dit artikel is beantwoord door

J.P. van den Brink

• Geboortedatum:
  10-06-1960
• Kerkelijke gezindte:
  Gereformeerde Gemeenten
• Woon/standplaats:
  Eindhoven
• Status:
  Inactief

80 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven