Sporten op zondag

Mag ik wel of niet sporten op zondag? Ik heb dit wel eens gedaan met een Nederlands kampioenschap en werd ook nog derde. Maar ik weet wel dat het eigenlijk niet hoort om op zondag te sporten. Staat dit ook ergens in de bijbel? Kan het ook zijn dat sport een afgoderij van mij wordt, want ik vind het echt heel erg leuk.

Waarde vriend,

In je vraag hoor ik twee vragen: 1. Mag ik sporten of is het afgoderij? 2. Mag ik sporten op zondag?

Om met het laatste te beginnen: Ik geloof niet dat het Gods bedoeling is om op zondag te sporten. De zondag is de dag van de Heere. Het is de vervulling van de oudtestamentische sabbat. Op de sabbat golden heel concrete geboden en verboden, zoals het hele Oude Testament uiterst concreet is. Deze dingen zijn niet afgeschaft, maar vervuld. Het Nieuwe Testament is de geestelijke vervulling van het Oude Testament. We moeten dus niet in die uiterlijke dingen blijven steken, maar te zien op de geestelijke dimensie van de nieuwtestamentische sabbat. Wat meegaat van het Oude naar het Nieuwe Testament is dat er een dag van de Heere is, waarop we aan Zijn dienst zijn toegewijd. Daar zullen we het zo druk mee hebben, dat we aan de lichamelijke oefening niet meer toekomen. In ieder geval niet in die zin dat we anderen en onszelf hinderen om onze ziel te concentreren op de dingen van Gods koninkrijk.

De eerste vraag: Sport als zodanig is gezond. De lichamelijke oefening is tot weinig nut, lezen we in 1 Tim. 4:8. Ze wordt in de Schrift derhalve niet afgewezen, maar wel in de juiste verhouding tot de godzaligheid geplaatst. Voor beiden is overigens oefening en discipline nodig. Met alle goede dingen is het zo dat ze ons tot een afgod kunnen worden. Mijn vrouw, onze kinderen, mijn verstand, mijn geld, mijn gezondheid, mijn carriere, mijn verzekering, mijn hobby, mijn bedrijf kan mijn afgod zijn als ik er mijn vertrouwen op stel in plaats van op de Heere. Alles wat mij rust geeft buiten God, is een afgod- die mij van God af-voert.

Afgoden zijn meestal dingen die in zichzelf goed zijn, maar een te grote plaats in ons hart en leven hebben. Daarop dienen we onszelf te onderzoeken, opdat we Christus de grote Afgodenvernieler gelovig gebruiken om ons alleen aan de Heere over te geven en Hem te dienen met al de vreugde en liefde van ons hart. Elke overwonnen afgod in ons hart, geeft dubbele geestelijke vreugde terug!

Wees Gode ten zeerste bevolen,

je ds. W. van Vlastuin