Eén eileider en zwangerschap

Aangaande kinderwens de volgende vraag. Als een vrouw één eileider heeft en wel elke maand ongesteld is, heeft zij dan ook elke maand kans op een zwangerschap? Het eitje uit de eierstok zonder eileider kan toch niet bevrucht kan raken? De bevruchting vind toch plaats in de eileider? Waar blijft het eitje dat uit de eierstok zonder eileider springt? Of is het zo als je toch elke maand ongesteld bent, de andere eierstok het werk overneemt?

Beste vragenstelster,
 
De vragen die je stelt concentreren zich rondom de zwangerschap bij iemand die maar één eileider heeft. Dit kan aangeboren zijn maar komt meestal door de verwijdering van een eileider, ook wel salpingectomie genaamd.  Bij mensen die deze operatie hebben ondergaan (vaak vanwege een buitenbaarmoederlijke zwangerschap) is veel onderzoek gedaan naar de kans op zwangerschap en ook de kans op het opnieuw ontwikkelen van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.

Een vrouw die één eileider heeft, heeft een kleinere kans om zwanger te worden. Je kunt echter niet zeggen dat er nu nog maar eens per twee cycli een eitje voor bevruchting vrijkomt omdat de eierstokken elkaar af zouden wisselen. In de praktijk is er veel meer sprake van een ‘toevalsproces’ waarbij er ook best wel eens twee keer achter elkaar uit dezelfde eierstok een eitje komt. Hier komt nog bij dat er onderzoeken zijn die aantonen dat de ene eierstok vaker een eitje loslaat dan de andere eierstok (het is dus niet 50-50). Verder drukken we zwangerschapskansen meestal niet uit in kans per maand, maar kans per jaar of jaren. Een onderzoek dat heeft gekeken naar de kans op zwangerschap bij vrouwen waarbij een eileider verwijderd is (dus een salpingectomie hebben gehad), laat zien dat de kans om binnen drie jaar een intra-uterine graviditeit (zwangerschap binnen de baarmoeder) te hebben ongeveer 40 procent en na zeven jaar ongeveer 66 procent is. Andere onderzoeken laten nog iets positievere resultaten zien.

Vrouwen die een buitenbaarmoederlijke zwangerschap hebben gekregen hebben bovendien ook weer een verhoogde kans op het opnieuw ontwikkelen van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.
Het eitje uit het eierstok zonder eileider verdwijnt in principe gewoon in de buikholte waar het in zeldzame gevallen weer bevrucht kan worden met een nieuwe buitenbaarmoederlijke zwangerschap tot gevolg.
 
Tot slot. De menstruatie heeft niets te maken met de aan- of afwezigheid van de eileider of het overnemen door een andere eierstok, maar gewoon met hormonen die door beide eierstokken geproduceerd worden en via de bloedbaan de baarmoeder bereiken om daar hun normale werking uit te oefenen.

Concluderend: mensen die één eileider hebben, hebben een verminderde kans op zwangerschap en een verhoogde kans om een buitenbaarmoederlijke zwangerschap te ontwikkelen. Bij dit alles moeten we echter wel in het oog houden dat de kans op zwangerschap uiteindelijk een complexe menselijke kansberekening is van een, in onze ogen, min of meer toevalllig proces hoewel we geloven dat God alles bestuurt.