Zorg over sterke toename aantal avondmaalsgangers
Ds. D. J. Budding | Geen reacties | 24-09-2025| 12:51
Vraag
Geachte ds. Budding. Onlangs hoorde ik bij Getuigend Gesprek op Evangelie Herauten (zie onder) dat u uw zorg uitsprak over de sterke toename van het aantal avondmaalsgangers. U gaf daarbij aan dat het vroeger “veel bijzonderder” was als iemand aanging. Ik begrijp wat u bedoelt en herken de zorgen die u uit. Tegelijk heb ik gelezen en gehoord dat het in vroegere tijden, denk aan Calvijn, juist gebruikelijk was dat alle gemeenteleden aan het Heilig Avondmaal deelnamen. Wie niet deelnam kreeg huisbezoek, want dan kon er wel eens sprake zijn van een bijzondere zonde. In veel kerken is het nu zo dat iemand juist een gesprek of bezoek krijgt wanneer hij of zij voor het eerst aangaat, terwijl het vroeger precies andersom was. Ook bijvoorbeeld het doopformulier lijkt geschreven vanuit de veronderstelling dat de ouders wedergeboren gelovigen zijn. Zou men daarom niet juist kunnen zeggen dat we in onze tijd, met de grotere deelname, op een bepaalde manier weer dichter bij de vroegere praktijk komen?
Antwoord
De praktijk rondom het Heilig Avondmaal is in verschillende tijden van de kerkgeschiedenis nogal divers. Daarom kunnen we bepaalde gewoonten en tradities niet als norm gebruiken. De norm is Gods Woord. Dat Woord is helder uitgelegd in het formulier.
Wat nodig is in elke tijd voor iedereen, een oprecht geloof. Niet een theoretisch geloof of verstandelijk aanvaarden van de waarheid. Ik heb uitdrukking gegeven aan de zorg die ik heb, dat men het geloof in bevindelijke doorleving niet meer of minder centraal stelt in de prediking. Daardoor hebben mensen soms te gauw het idee dat ze wel geloven, terwijl het niet echt zo is. De prediking van het Evangelie moet ruim zijn, appellerend, maar ook onderscheidenlijk en bevindelijk. Een bekende uitdrukking van Calvijn is “Het geloof van de gemeente is de dochter van de prediking.”
Ik ben niet de enige die in de prediking vooral in de Gereformeerde Bond, maar ook daarbuiten, verschuivingen opmerk, waardoor mensen massaal aan het Heilig Avondmaal gaan. In de voorbereidende diensten en zelfs in de nabetrachting zie je velen van hen niet. In daad, gewaad en getuigenis zijn ze niet herkenbaar en onderscheiden zich niet van ‘de wereld’. Dat mag ons best wel zorgen baren.
Hartelijk gegroet en Gods zegen,
Ds. D. J. Budding
Dit artikel is beantwoord door
Ds. D. J. Budding

Bijzonderheden:
Bekijk ook: