Hoofdbedekking vrouwen: macht op het hoofd

Er zijn al veel vragen gesteld over de hoofdbedekking voor vrouwen. Ik heb (denk ik) alles wel zo'n beetje gelezen, maar ik heb mijn twee vragen nog niet voorbij zien komen. Als Paulus benoemt in 1 Korinthe 11 dat de vrouwen hun hoofd moeten bedekken, bedoelde hij dan daarmee dat letterlijk het volledige haar (de heerlijkheid) bedekt moet worden, zoals we bijvoorbeeld ook zien bij moslima's? Of is alleen de bovenkant van het hoofd bedekken (macht bovenop het hoofd) met een hoedje, muts, klein hoofddoekje, brede haarband of kap al genoeg? En telt een pruik of haarstukje ook als hoofdbedekking?

Beste geïnteresseerde vragensteller,

Dank voor de vraag. Het laatste antwoord dat je zelf geeft, is juist: macht òp het hoofd, niet òm het hoofd. Het woord voor macht in de oorspronkelijke taal wijst op (afgeleid) gezag van een ander. In het geval van een (getrouwde) vrouw dus van haar eigen man. En deze echtgenoot zelf heeft het weer van Christus en Christus van God de Vader. Zie bijvoorbeeld 1 Korinthe 11:4 en Efeze 5:23. Pruik of haarstukje telt niet als hoofdbedekking. (Bij de joodse gemeenschap wel – maar dat terzijde.) Volgens het Nieuwtestamentische getuigenis dus niet. Zie 1 Korinthe 11:6.

Dat moslimvrouwen zo volledig gesluierd moeten gaan, heeft in de strikte Islamopvatting te maken met het wegduwen van het vrouw-zijn – om het zo maar voorzichtig te zeggen. Hoe strikter de moslimopvatting des te verdrukkender de regels voor vrouwen worden. (Let o.a. op  hoe het tegenwoordig in Afghanistan gaat!)

De bijbelse opvatting om een vrouw tijdens de erediensten in de kerk een hoofdbedekking te laten dragen heeft niets te maken met onderdrukking van de vrouw. Integendeel: samen met haar man vormt zij het beeld van God. Zie Genesis 1:27-28. En samen staan zij onder het zegenrijke gezag van Christus de Heiland, 1 Korinthe 11:7. En zo onder de ontferming van God de Vader. Juist in die eerbiedige hoofdbedekking op zondag mag de uitnemendheid van  het vrouw-zijn bijzonder uitkomen. (Al moeten we er wel voor oppassen dat het op zondag geen 'hoedenmodeshow' wordt – dan schieten we de bijbelse bedoeling voorbij.) Want het gaat in de gepaste kleding op zondag (voor de vrouw èn ook voor de man) niet om haar/henzelf. Maar om de heerlijkheid van God! Of: om leiderschap met zorg voor de geestelijke, emotionele en lichamelijke behoeften van de vrouw (en de man). Vgl. 1 Korinthe 11:10-12 en Efeze 5:21-25.

Ik hoop zo iets duidelijkheid te kunnen geven in een niet altijd gemakkelijke vraag.

Groet en zegen,
Ds. H. H. Klomp

Dit artikel is beantwoord door

Ds. H.H. Klomp

• Geboortedatum:
  05-04-1949
• Kerkelijke gezindte:
  Christelijk Gereformeerd
• Woon/standplaats:
  Veenendaal
• Status:
  Actief

132 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven