Uit gemeente vertrekken of bezwaard blijven zitten

C.A. Hoekman | Geen reacties | 25-07-2016| 13:21

Vraag

Ik ben al jaren lid van een Vrijgemaakte kerk. De laatste jaren gaan de ontwikkelingen ontzettend snel. Onze kerkenraad is bijvoorbeeld een van de kerkenraden die voorstanders zijn van vrouwelijke ambtsdragers. Er wordt veel gezongen uit Opwekking. Daar zitten echt wel een paar mooie liederen bij, maar ze zijn vaak inhoudsloos en gaan uit van alverzoening. Dat heeft ook invloed op de prediking. Zodra je gedoopt bent, ben je tegenwoordig gelijk een kind van God. Op zonden durft de predikant niet te wijzen, want alles is uit genade en God is liefde.

Een voorbeeld: in de middagdienst zit er bijna niemand meer in de kerk. Onze predikant heeft de gemeente nog nooit gewezen, gevraagd, of gesmeekt, of men 's middags ook een keer wil komen, dat durft men blijkbaar niet? Voor de jongeren is er een keer per maand een lofprijzingsdienst, men denkt zo de jeugd bij de kerk te houden. In werkelijkheid creëer je als kerkenraad zo interesse voor evangelische kerken en trekt de jeugd juist daardoor weg. Een keer per maand? Ze willen het iedere zondag. De vrijgemaakte scholen zijn niet meer te onderscheiden van een openbare/wereldlijke school.

Dit geheel doet me pijn, het is wel de kerk die ik echt liefheb. Wij hebben ervoor gekozen om te blijven zolang dat kan. Ondertussen kerken we wel eens bij Gereformeerde Gemeenten (een wereld van verschil, maar de preken zitten zo vol met inhoud: een verademing; al staat het ver van ons af), een naburige afgescheiden vrijgemaakte kerk, een gereformeerde bond (maar daar lijken dezelfde tendensen als in onze kerk op te treden, wellicht wat langzamer), dan ben ik wel eens jaloers op andere gereformeerde kerkverbanden. Nu kerken we slechts incidenteel ergens anders en hebben we ons jongste kind op een reformatorische school geplaatst, wat zeer goed bevalt.

Mijn vraag is eigenlijk: ten eerste ben je door God in een gemeente geplaatst, ten tweede is het zelfs goed om als 'bezwaarde' in de kerk te blijven door de ontwikkelingen wat te stuiten, maar waar ligt de grens? Ik heb het idee dat door de afscheidingen, door de vertrekkende vrijgemaakte dominees en leden, de ontwikkelingen alleen maar sneller gaan. Als ik dan ook vertrek, gaat het toch nóg sneller, of mag je zo niet denken?


Antwoord

Beste vraagsteller,

Een pijnlijke en verdrietige vraag wanneer je op deze wijze naar je gemeente moet kijken. Zoveel zaken waar je tegen aanloopt. Voorstanders van vrouwelijke ambtsdragers, liederen zingen uit Opwekking die van alverzoening uitgaan, bij je doop ben je gelijk kind van God, zonden worden niet aangewezen (God is toch liefde), lege middagdiensten en daarover wordt niet vermaand, lofprijzingsdiensten voor jongeren, vrijgemaakte scholen die niet meer te onderscheiden zijn van openbare/wereldlijke school. Hoe moet ik daarmee omgaan? Ergens anders gaan kerken?

Bij de Gereformeerde Gemeenten (een wereld van verschil, preken vol met inhoud, een verademing al staat het ver van je af); bij een naburige afgescheiden Vrijgemaakte Kerk; bij een Gereformeerde Bond (echter dezelfde tendensen als in onze kerk, gaat wellicht wat langzamer)? Je bent weleens jaloers op andere gereformeerde kerkverbanden, maar ook dat lost het niet op. Hoe nu verder? In de kerk die je echt lief hebt!

Vooraf stellen we samen vast dat, wanneer je van kerkverband verandert, je van het ene ziekenhuis naar het andere gaat. Dat maakt bescheiden en voorzichtig. Bescheiden om over anderen (te) lichtvaardig te oordelen en voorzichtig om (kerkveranderende) stappen te zetten.

Vragen over de kerk zijn er zolang er een kerk is en zullen er blijven zolang er een kerk zal zijn. O.a. in dat besef heeft de opsteller van de Nederlandse Geloofsbelijdenis artikel 29 geschreven. Hij noemt dan de kenmerken van de ware kerk: de reine prediking van het Evangelie (Hand. 17:11, Gal. 1:8, Kol. 1:23); de reine bediening van de sacramenten, zoals Christus ze ingesteld heeft (Luk. 22:19, Hand. 19:3-5, 1 Kor. 11:20-29); het gebruik van de kerkelijke tucht, om de zonden te straffen        
(Math. 18:15-17, 1 Kor. 5:4,5,13, 2 Thess. 3:6,14, Titus 3:10). In het zelfde artikel noemt hij ook kenmerken van Christenen die tot deze kerk behoren: het geloof in de Zaligmaker Jezus Christus; wegvluchten van de zonde en gerechtigheid najagen; de ware God en je naaste liefhebben; het vlees kruisigen met zijn werken. Lees ook eens vraag 32 van de H.C. met zijn verwijsteksten.

Een volmaakte kerk zullen we nooit bereiken in deze verloren wereld, maar elkaar aanspreken op deze punten is noodzakelijk. Op de juiste toonhoogte het gesprek hierover aangaan met je kerkenraad en predikant is een eerste vereiste. Ik wens je hierin veel zelfverloochening en ootmoed.
Tegelijk met het diepe besef dat deze heilige kerk door God Zelf wordt bewaard en staande gehouden.

Moet je vertrekken of niet? Als je blijft, houdt je dan deze ontwikkelingen (nog) tegen? Als de genoemde drie punten niet (meer) functioneren, is het moment aangebroken om weg te gaan. Dan is het ook geen ware kerk meer. Echter zo zwart/wit is het meestal niet. De zorgelijke ontwikkelingen in je kerk zijn er. Bagatelliseren lost niets op, uitvergroten ook niet. En alleen ontwikkelingen tegen houden, is een bijna onbegaanbare weg. In een gemeente heb je elkaar zo nodig. Om samen gemeente te zijn rondom Gods Woord. 

Wanneer moet je vertrekken? Ik weet het echt niet. Lijdt aan je kerk en ga biddend je weg. Ik zeg niet dat je nooit moet weggaan, maar laat in alles meewegen dat je dan van het ene ziekenhuis naar het andere gaat. En wanneer het ooit tot een breuk komt, zorg dan dat er geen verbittering in je hart is. Lees artikel 37 van de NGB eens. Een artikel wat heel het wereldlijke en kerkelijke gebeuren in de juiste proporties plaatst. Wanneer Gods gemeente een art. 37 gemeente zou zijn, zou het er anders uitzien in de kerk en in de gelovigen en uitverkorenen. Daarom verwachten wij die grote dag met een groot verlangen, om ten volle te genieten de beloften Gods, in Christus Jezus onze Heere. 
Samen, met alle heiligen, bidden: Ja, kom haastig Heere Jezus. Amen.

Hartelijke groet,
C. A. Hoekman, Kapelle

Dit artikel is beantwoord door

C.A. Hoekman

  • Geboortedatum:
    23-09-1943
  • Kerkelijke gezindte:
    Gereformeerde Gemeenten
  • Woon/standplaats:
    Kapelle
  • Status:
    Actief
111 artikelen
C.A. Hoekman

Bijzonderheden:

Dhr. Hoekman was ruim 40 jaar ouderling in de Ger. Gem.

Bekijk ook: 


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Afkeer na interesse

Als ik een jongen heel leuk vind, en dan bijvoorbeeld iets leuks met hem ga doen en ik merk dat hij mij ook aardig vindt, verandert mijn interesse in hem in een soort afkeer van hem. Ik vind het dan v...
2 reacties
25-07-2009

Rustig blijven als het onweert

In de afgelopen week/weken hebben we vaak met onweer te maken gehad. Ik weet niet hoe het komt, maar ik vind het geluid en de flitsen niet fijn. Zelf heb ik niks ergs met onweer meegemaakt, maar wel d...
8 reacties
25-07-2023

Postnatale depressie

Kan het dat een postnatale depressie ontstaat als een kindje al vijf maanden is? Of is er dan sprake van een ander soort depressie?
1 reactie
25-07-2014
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering