Zegent hen die u vervloeken

In de bijbel staat het m.i. bevel/de opdracht: "Zegent hen die u vervloeken". Hoe moet ik zegenen? En hoe kan ik heilig leven voor God? Ik hou van Hem, maar ik ga zo vaak de mist in...

Graag wil ik op jouw vragen ingaan. Want het zijn er in feite twee. Allereerst zit je met de uitspraak van de Heere Jezus in Lukas 6:28, waar Hij inderdaad zegt: Zegent hen, die u vervloeken. Er staat trouwens nog veel meer in de omgeving van deze tekst, wat met dit zegenen te maken heeft. Zo gaat er in vers 27 aan vooraf: Maar Ik (Jezus) zeg u, die dit hoort: Hebt uw vijanden lief; doet wel, die u haten. Enfin, lees het zelf maar eens na.

Het klinkt inderdaad nogal resoluut wanneer de Heere Jezus zegt dat je moet zegenen, die je vervloeken. En dat we moeten bidden voor hen, die ons geweld aandoen, zoals er meteen op volgt. Wij reageren liever heel anders. Onze instelling is dat we de ander terug vervloeken, om zo te zeggen. Wij bijten van ons af en willen met gelijke munt terug betalen. Of we trekken ons gekwetst terug en krijgen medelijden met onszelf. Er gaat een wrok groeien. Met andere woorden: we doen ons zelf door zulke reacties ook grote schade aan.

Een dergelijke houding nam bijvoorbeeld ook iemand als Petrus aan tegenover de vijanden van de Heere Jezus. Als ze Jezus in de hof van Gethémané gevangen komen nemen. Dan pakt Petrus het mes, waar zopas nog het Paaslam mee was geslacht en dan hakt hij er op los. Hij slaat zomaar het oor van Malchus af. En let er dan op hoe Jezus daar op reageert. Hij gebiedt Petrus het mes weer op zijn plaats te brengen, want, zegt Hij: Allen die het zwaard nemen, zullen door het zwaar vergaan (Mattheüs 26:51 en 52). Met andere woorden: met terugslaan los je nooit iets op. Je verwoest er je eigen leven mee.

Wraak roept wraak op. Dit is trouwens een wereldse houding. Ongeestelijk en onchristelijk. De Heere Jezus leert het de Zijnen anders, omdat Hij het ook Zelf altijd anders gedaan heeft. Jezus raapt het oor van Malchus, die toch ook bij Zijn vijanden hoorde, op en zet het weer aan zijn hoofd. Wij zouden gezegd hebben: net goed, Petrus, steek hem overhoop. Maar Jezus geneest vijanden.

Hij heeft ook voor vijanden gebeden. Denk maar aan het gebed op het kruis: Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat zij doen. Paulus heeft trouwens ook altijd in dezelfde geest als Zij Meester gehandeld. In Romeinen 10:1 lees je bijvoorbeeld dat hij bidt voor zijn volksgenoten, die hem veel ellende bezorgden. En Petrus heeft dat ook geleerd, want in zijn 1e zendbrief roept hij de christenen op om in de voetstappen van Christus te gaan, Die als Hij gescholden werd niet terugschuld en als Hem leed werd aangedaan, niet dreigde (1 Petrus 2:21-23).

Deze instelling heeft geen mens van zichzelf. Dit leer je door de Heilige Geest, Die je vernieuwt naar het evenbeeld van de Heere Jezus. Van nature leven uit de wet van het evenwicht: als iemand mij niet groet, groet ik ook niet. Als iemand mij goed doet doe ik ook goed. Maar genade leert ons anders. Genade leert mij dat God mij als vijand opzoekt en redt. Lees maar eens in Romeinen 3:9-20 aan wat voor mensen de Heere Zijn genade bewijst.

Uiteindelijk is voor zo'n houding tegenover mensen, die ons kwaad doen en schade berokkenen, maar één geheim: de liefde van Christus in je hart en leven. Dan is die vijand geen ding voor je, geen nummer, maar een zondaar, zoals je er zelf ook bent. Maar vanuit de liefde van Christus wil je dat hij anders wordt. Dat hij of zij ook iemand wordt, die de Heere leert kennen, liefhebben en dienen en natuurlijk ook zijn naasten. Daarom bid ik voor die ander. Daarom wens ik die ander het goede toe in plaats van tegen hem of haar terug te vloeken. Want daar win je nooit iemand mee voor de Heere. Uiteindelijk heeft God Zelf uit liefde tot vervloekers, opstandigen en hoe je zondige mensen ook kunt typeren het liefste gegeven wat Hij had om hen te behouden: Zijn eniggeboren Zoon. God valt vijanden aan het het wapen van Zijn zondaarsliefde. Lees maar in 1 Johannes 4:10.

Ik hoop dat je nu een beetje begrijpt wat het betekent om te zegenen. Het is in plaats van kwaad iemand goed doen. En dat kan alleen door de geloofsverbondenheid met de Heere Jezus, Die de liefde van God door Zijn Geest in je hart uitstort.

Eigenlijk is dit gelijk het antwoord op je tweede vraag: hoe kan ik heilig leven voor God. In elk geval nooit door er zelf tegenaan te gaan. Onze krachten schieten te kort, van onze goede voornemens komt niets terecht. Wij produceren uit onszelf geen vruchten tot Gods eer. Daarvoor moet je, precies zoals ik het hierboven zei, bij de Heere Jezus Zijn. Hij zegt in Johannes 15: Zonder mij kunt gij niets doen. En daarmee bedoelt Hij: een leven leiden waarin vruchten groeien tot eer van God de Vader. En daar gaat het toch om in de heiliging.

O ja, dat wil je concreet maken door naar Gods wil, Zijn geboden te leven. Maar geloof maar gerust: zonder de geloofsband aan de Heere Jezus komt daar sowieso niets van terecht. Daarom zei Jezus in die gelijkenis van de ware wijnstok een de ranken ook: Wie in Mij blijft en Ik in hem, die draagt veel vrucht. O ja, het is altijd nog ten delen en onvolmaakt, maar toch... je krijgt er zin in. En je strijdt tegen wat kwaad is. Maar laat het door de liefde van Christus gebeuren, want anders wordt het een last voor je. Dan wordt het krampachtig en wettisch. Terwijl gevuld met de liefde van God door Christus het een vreugde wordt om naar de wil van God te leven. Jezus zegt daarom in Joh. 15:11: Deze dingen heb ik tot u gesproken, opdat Mijn blijdschap in u blijve en uw blijdschap vervuld worde.

En als ik merk dat ik nog zo beneden de maat blijf en zo ontzaglijk veel te kort kom in een heilig leven voor God? Dan moet ik altijd maar weer naar de Heere Jezus terug en vergeving vragen en ontvangen uit Zijn offer, Zijn volbrachte werk. Heilig leven is eigenlijk leven uit Christus, Die niet alleen mijn verlossing, maar ook mijn heiligheid heeft verdiend. We worden hier op aarde niet volmaakt. Daarom ga je uitzien naar de grote toekomst, de wederkomst van Christus, opdat alles nieuw zal worden en ik nooit geen zonde meer zal doen.

Ik wens je de genade van de Heere Jezus, de liefde van God de Vader en het werk van de Heilige Geest van harte toe.

Ds. G. van de Groep

Dit artikel is beantwoord door

Ds. G. van de Groep

• Geboortedatum:
  07-04-1944
• Kerkelijke gezindte:
  Christelijk Gereformeerd
• Woon/standplaats:
  Heerde
• Status:
  Inactief

97 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven