Nieuwe identiteit In Christus: geen zondaar maar heilige
Ds. A.T. Vergunst | Geen reacties | 06-05-2025| 15:12
Vraag
Ik had pas een gesprek met iemand en dat ging er over hoe God naar je kijkt als je in Hem gelooft, als je je aan Hem toevertrouwt; als je je zaligheid alleen in Hem zoekt en met vallen en opstaan Zijn eer/wil zoekt. Ik gaf aan dat je een zondaar bent en blijft. Daar was ze het niet mee eens. Dat mag je dan niet meer zeggen, zei ze, want in Christus heb je dan een nieuwe identiteit. Je bent geen zondaar meer, al dóe je nog wel zonde (daar blijf je in struikelen). Maar God ziet je door Zijn Zoon als vlekkeloos. Al je zonden zijn door Hem weggedaan en daar is voor betaald.
Ze zei dat Paulus in zijn brieven het ook nergens heeft over mede-zondaren of iets dergelijks, maar hij gebruikt woorden als mede-heiligen en erfgenamen. Alleen als je God niet persoonlijk kent, is je identiteit inderdaad zondaar. Is het juist om iedereen aan te spreken als een zondaar: onbekeerden en kinderen van God, zo lang we leven? Hoe mag/moet je dit zien als Hij je schoongewassen heeft in Zijn bloed?
Ze gaf ook aan dat je, als je gered bent, God in principe geen verdriet meer kan doen. Omdat Hij je al lang kent en weet hoe je bent en ondanks dat je zo onvolkomen bent, je lief heeft omwille van Zijn Zoon. Dat Hij wél lijden geeft om ons daarmee wat te leren. En dat, als we Hem niet gehoorzamen, Hij onze weg zwaarder kan maken, zodat we ons opnieuw afhankelijk weten van Hem. En dat God, terwijl Hij dat ziet, met ons mee lijdt omdat we zo worstelen. Klopt dit?
Er staat inderdaad in de Bijbel dat Hij een medelijdende Hogepriester is Die ons in onze zwakheden te hulp wil komen. Dat Hij met innerlijke ontferming bewogen is over mensen die zijn als schapen die geen herder hebben. Maar als je leest over het opstandige volk Israël in de woestijn bijvoorbeeld lees je wel degelijk over Gods ongenoegen. En op veel andere plaatsen in de Bijbel ook. Kan ds. A. T Vergunst wat meer uitleggen hierover?
Antwoord
Beste vriend of vriendin,
Rijke stof en goed om hier grondig mee bezig te zijn. Inderdaad heeft de betreffende persoon gelijk. Als wij in Christus geloven mogen, dan zijn wij met Hem verenigd. De Bijbel in het Nieuwe Testament spreekt over “in Christus zijn”, wel meer dan een honderd keer. Het is mijn inziens, een van de meest onderbelichte leerstukken, althans zo was het voor mij voor velen jaren.
In het boek van de “Zaligmakende Kenmerken van het Geloof” door Comrie, is de eerste (!) preek aan dit onderwerp gewijd omdat deze waarheid zo belangrijk is voor het geloofsleven. Ik ga even puntsgewijs je brief langs en dan merk ik het volgende op.
1. Inderdaad blijven wij worstelen met onze zondigheid tot onze laatste ademtocht in deze wereld, zelfs al waren we Henoch die met God wandelde. Paulus schrijft hier openlijk over in Romeinen 7.
2. Maar als we door het geloof met Jezus verenigd zijn, hebben we inderdaad een nieuwe identiteit: we worden nu in het Woord “heiligen” genoemd. Niet meer zondaar, hoewel nog wel zondig. In de prediking behoort Gods dienstknecht ook met die benaming Gods volk aan te spreken. In de brieven van het Nieuwe Testament wordt het woord “broeders” wel over 130 keer gebruikt.
3. Luther schreef: "In de Schrift worden alleen diegenen heilig genoemd die het Woord Gods horen en aannemen, terwijl zij nog hier op aarde leven als mensen van vlees en bloed. Ook wij zullen hen voor heilig moeten houden." Hij vroeg zich ook af wat toch de heiligste stand of wel het heiligst leven hier op aarde is. Zijn machtige antwoord: "Het gewone christen zijn! Het heiligste leven wordt geleid door hen die geloven dat alleen Christus hun heiligheid is. Dank zij deze Hoofd-heiligheid mag dan verder al wat aan ons is, heel ons leven, al wat wij doen en presteren, heilig heten." En waarom kan dat? Omdat een gelovige met Christus verenigd is en dat betekent dat Zijn heiligheid nu de mijne is. De Vader ziet al Zijn volk ALTIJD aan in Christus en daarom ziet Hij hen als heilig.
4. En toch zullen deze “geheiligden in Christus” (hun nieuwe identiteit) in zichzelf ervaren zwak en ellendig te zijn omdat ze in zichzelf geen enkele schijn van heiligheid kunnen vinden. Wij ervaren ons zelf als zondig terwijl we in Christus aangezien worden als heilig.
5. De vereniging door het geloof met Christus is als een vrouw die haar ja-woord geeft aan de man die zijn ja-woord aan haar geeft. Na dat moment zijn ze getrouwd. Ze krijgt een nieuwe naam (identiteit!), hoewel ze nog dezelfde persoon is.
6. Maar zoals in een huwelijk we de persoon van onze man/vrouw danig kunnen bedroeven, zo is het helaas ook in het geestelijk huwelijk. Een heilige in Christus kan zeker door de zonde de Heilige Geest bedroeven (Efeze 4:30) en zelfs God tot toorn verwekken. Want zonde blijft zonde, ook als het door een heilige in Christus gedaan wordt, terwijl hij/zij nog op deze aarde woont. Natuurlijk verbreekt onze zonde niet de band tussen Christus en ons, net zoals een zonde in het huwelijk ons huwelijk niet beëindigt of ons kindschap doet verliezen.
7. Het lijden in het leven van Gods kinderen is geen straf voor onze zonden, want die is door de Heere Jezus meegenomen naar het kruis. Maar het lijden is een kastijden, uit liefde, tot ons behoud en tot verdere groei van de heiligmaking. Inderdaad, de Heere slaat, maar niet uit plezier. Zoals een ouder het kind kastijdt. Dat doet soms meer zeer in het ouderhart dan in het kind, omdat de liefde de kastijding dringt.
8. Het is dus niet juist om Gods kinderen aan te blijven spreken met zondaar. Zo spreekt de apostel nooit in zijn brieven aan hen die in Christus zijn.
9. Als de Heere Jezus in Johannes 17 bidt (niet bad!), bidt Hij: "En ik heb hun de heerlijkheid gegeven, die Gij mij gegeven hebt, opdat zij een zijn, gelijk als wij een zijn” (vers 22). Ik weet niet hoe ik dat alles mag uitleggen maar de Heere Jezus zei wel dat Hij hun de heerlijkheid gegeven had... en dat was de heerlijkheid die Híj Zelf ook had voor de wereld er was (vers 5). Een uitlegger zei dat de gelovige broeders en zusters het recht en titel hebben voor de heerlijkheid al ontvangen hebben! Dat is heel rijk! Heel bijzonder en zo leven wij als gelovigen in de blijde aanvaarding van deze gegeven heerlijkheid.
10. Inderdaad, als je God niet kent en niet door het geloof met Hem verenigd bent, dan ben en word je ook door God beschouwd als een zondaar.
Ik hoop dat ik met deze gedachten je wat verder heb kunnen helpen. Maar als je met deze gedachten voor je het Nieuwe Testament biddend gaat lezen, dan zou het nog wel eens een nieuw Nieuw Testament kunnen worden.
Hartelijke groeten vanuit Nieuw Zeeland,
Pastor A. T. Vergunst
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.T. Vergunst
- Geboortedatum:22-09-1961
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Carterton (Nieuw-Zeeland)
- Status:Actief

Bijzonderheden:
Bekijk ook: