Zeer opstandig en klein van geloof

B.S. van Groningen / Geen reacties

14-02-2006, 00:00

Vraag

Vriendelijk dank voor de tijd die u hebt genomen voor het beantwoorden van mijn vraag. Ik zal eerst uw vragen beantwoorden voor ik mijn overgebleven vragen aan u zal stellen. De persoon die schuil gaat achter deze vraag is een jongeman van 29 jaar. Zeer opstandig en klein van geloof. Ik heb jaren doorgebracht in de drugsscene en heb mezelf seksueel en geestelijk kapot gemaakt. Sinds een half jaar ga ik weer naar de kerk. Ik wil volwaardig lid zijn omdat ik deel uit wil maken van een gemeente en eventueel het Heilig Avondmaal wil meevieren. Want dat geloof ik wel, dat ik ondanks hoe mijn leven was en is ik toch geborgen ben bij Hem. Al hoor ik die stem nooit weer en zie ik geen kerk meer van binnen.

Want ja, soms heb ik er helemaal geen zin meer in. Ik moet zoveel lessen volgen en zoveel vragen leren en dan mag ik belijdenis doen. Het is een orde die de kerk volgt maar voor mij persoonlijk is dat niet helemaal te vatten. Als ik nu zo graag wil deelnemen en het brand soms van binnen, dan mag ik niet. Nee, eerst die vragen leren en die lessen volgen. Het verlangen zou groter moeten worden, maar het lijkt wel af te sterven. Als de dominee zegt dat ik geen belijdenis mag doen als ik televisie zou hebben of als ik niet twee keer per zondag in de kerk kom. Ik denk dan: wees blij met de keren dat ik er wel ben.

Altijd als ik dit soort dingen hoor lijkt er wel iets te sterven in mijn vertrouwen in de kerk. Ik denk dan: ik ga niet meer, ik hoor toch al bij de belangrijkste kerk. Ik hoef het hier op aarde niet. Meneer van Groningen, ook de dominee twijfelt aan mijn staat. Hij gelooft niet dat ik een kind van God ben dat maakte hij mij vorige week duidelijk. Ook dat is prima, hij gelooft maar wat zijn verstand zegt. Ik hoop dat hij het in gebed zal neerleggen. Het brandt mij af en ik heb geen zin om proberen te overtuigen. Nee, die overtuiging is er of is er niet. Ik ben van nog oudere stempel als de dominee denk ik. Laat mij maar belijdenis doen zoals de kamerling.

Het moeilijke is dat de prediking in de Ger. Gem. de enige is die alles weergeeft van datgene wat ik zelf beleef. Dus een ander kerkverband zie ik niet zitten. Ik ben hier ook na aardig wat zoektochten terechtgekomen en wil hier blijven. En lid worden. Dus ben ik de belijdenislessen gaan volgen. Ik heb de dominee deze vraag ook gesteld over de mail. Hij gaf mij heel kort antwoord dat hij dit nog tijdens de les zou uitleggen. Dat deed hij zo kort dat ik er achteraf zwaar geïrriteerd door was. Ik had veel tijd gestoken in mijn mail en heel uitgebreid vragen gesteld waarvan hij het grootste gedeelte niet eens beantwoordde of op inging. Ik heb het zelf ook niet meer weer gevraagd en wel de lessen gevolgd maar met een ander gevoel. Geen blijdschap en vrede meer. Vandaar dat ik de vraag hier heb neergelegd. De dominee weet dat de vraag mij hoog zit dit was duidelijk op te maken uit mijn mail. Hij heeft tekort gedaan. Althans, zo ervaar ik het.

Ondertussen zit ik wel in een dal. Ik ga de laatste twee maanden haast niet meer naar de kerk. Ik mis onderwijzing en ondersteuning. Liefde. Ik bid weinig en doe mijn dingen omdat ze gedaan moeten worden. Het is verdriet over de gang van zaken. Natuurlijk zie ik wel mijn tekortkomingen, maar ik heb zo weinig zin om dit allemaal op te lossen. Er is weinig energie meer over. Ik denk vaak: laat maar. Ik ga niet meer naar de kerk. Ze begrijpen me toch niet. Ze snappen toch niet waarom ik dit of dat denk of vind en bij voorbaat ben ik al de slechterik. Ik heb een andere blik op veel dingen door het leven dat ik heb geleid en ik weet ook dat mijn blik op de kerk en haar regels en instellingen compleet anders hierdoor is. Ik zit niet vast in gewoonten en tradities waaraan velen zich zo halstarrig vasthouden en heb geen tunnelvisie. Sorry, dat ik afgeef op de kerk en wellicht is het mijn eigen probleem dat ik hier niet goed mee kan omgaan en het liefste dan maar wegloop. Maar toch doe ik het liefste wel belijdenis, ben ik volwaardig lid, ga ik aan het Avondmaal. Wie gelooft dat nou?
 
Ik zal nu overgaan op mijn vragen die opkomen bij uw antwoord. In vraag 2 wordt inderdaad genoemd: door de genade Gods. Ik weet dat ik door Gods genade wordt gezien als onberispelijk, eerbaar en godvruchtig. Mag ik dan omdat God mij zo wel ziet, beloven dat ik mijn leven eerbaar godvruchtig en onberispelijk zal inrichten? Terwijl ik dit niet kan? Dat vind ik heel moeilijk te geloven. Voor mijn gevoel zeg ik ja op iets waar ik nooit ja op kan zeggen, de lat ligt te hoog. Stond er dat ik de intentie zou hebben, dan was het anders. Misschien ben ik ook bang voor de consequenties. Als ik dit beloofd heb zal mijn leven (nog meer) moeten veranderen.

U vraagt of ik de godzalige levenswandel niet kan opbrengen. Nee, dat kan ik niet. Diep van binnen zit de wens wel maar aan de oppervlakte leven vaak veel andere dingen. Het leven wat ik nu heb is al zoveel veranderd, het punt waar de meeste Gergemmers op zitten qua levensindeling/wandel, daar kom ik waarschijnlijk nooit op. Wel merk ik dat mijn vertrouwen en geloof (al is dat nu wel anders) vaak juist veel hoger liggen dan dat van hen (even generaliserend). Ik ben gewoon anders en zal nooit worden als zij en dat kan ook niet. Dat wil ik ook niet. Ik eet wanneer ik honger heb, en slaap wanneer ik slaap heb en ruim op als het een rommel is. En niet voor die tijd; eerder te laat dan te vroeg. Je hebt een bepaalde levensstijl en gewoonten die (al zijn ze niet allemaal goed) je niet zomaar kunt omturnen. En die van mij zijn nou net compleet anders. Net als mijn gedachten blijkbaar. En mijn geloof. En soms denk ik wel eens: Mijn God. Voor Hem wil ik buigen al doe ik dat pas als ik niet anders kan. Maar voor de mensen en hun regels: dat vind ik moeilijk.

Wat ik bijzonder vind: de Heere heeft mij eens toen ik het echt niet meer wist en zo in twijfel en tussen twee kanten gevangen zat en getrokken werd en toen ik het in de auto uitgeschreeuwd heb dat ik het niet meer wist en hoe het nou zat, later op die avond thuis geantwoord met de woorden van psalm 32 vers 8. En juist die woorden zet u hier neer met daarbij nog verwonderlijker dat u zegt dat Hij dat beloofd heeft. Als ik daarnaar kijk schaam ik me voor mijn opstand en denk ik: vertrouw daarop, wat wil je nou nog meer? Waarom hou je je hier niet aan vast? Ik ga mijn eigen weg, dat besef ik meer dan eens. Maar hoe ik Zijn weg kan gaan, Zijn weg, dat vraag ik me af. Leid mij Heer', dat is dan mijn wens want zelf kan ik het niet. Keer op keer val ik en loop ik weg.

Overtuigd dat ik met ja mag antwoorden ben ik nog niet. Ik geef zo ondertussen de hoop ook bijna op. En ja zeggen omdat iedereen zegt dat het wel kan wil ik niet. Ik wil zelf overtuigd zijn. En een jaar wachten: daar zit ik niet op te wachten. Ik zit tussen jongeren van 20 en 21 en zo gaat de dominee met ze om. Dat is heel goed, maar ik heb meer nodig. Ik heb veel vragen tussendoor en wil over sommige dingen graag in gesprek omdat ik het er niet eens ben met dingen die hij soms zegt. Uit eigen ervaring weet ik dan dat het niet altijd opgaat wat hij zegt. Maar hij leert het hen wel. Wat moet ik dan doen? Telkens maar er tegenin? Telkens maar mijn vragen neerleggen? U snapt, er is meer, veel meer. Maar ik wil lid worden. Daar gaat het mij om. Niet alles kan worden uitgesproken. Niet alles kan men met een ieder eens zijn. Niet alles kun je iemand uitleggen. Niet alles wat je weet moet je zeggen. Er is één ding wat ik wil, en dat is lid worden. Ik zal het in gebed neerleggen. Ik wil God trouw beloven, maar liever niet met iets wat ik niet kan. Maar wellicht is dat toch Zijn weg.


Antwoord

Beste vriend, die al eerder een antwoord ontving (24 januari 2006),

Ik wil nu ingaan op jouw reactie op 28 januari. Natuurlijk heb ik de tijd voor je genomen. Anders werk je toch niet meer aan deze rubriek. Maar ’t was best moeilijk om alles in juiste verhoudingen te zien. Jouw situatie is niet een doorsnee levensverhaal. Drugs, seksueel en geestelijk kapot maken van jezelf. Wat een leed, wat een verdriet, wat een eenzaamheid. Maar gelukkig ga je al weer een half jaar naar de kerk. En... je wilt ook volwaardig lid zijn van jullie gemeente en zelfs het Avondmaal meevieren. Ik wil niet alles van de vorige keer herhalen, maar voor het oog gaat alles wel heel snel. Maar dat ging het bij Paulus ook. Je bespreekt ook grote zaken: geborgen in God, veilig bij Hem. En je zegt erbij: al zou ik geen kerk meer van binnen zien, dit staat vast! Je hebt moeite met het leren van de lessen, want jij bent veel verder dan de meeste belijdeniscatechisanten. In leeftijd, qua ontwikkeling. Maar je verlangen om voor God te leven is er wel, maar niet volgens de regels van de kerk, of volgens de regels die mensen stellen. Is aan de ene kant best te begrijpen, maar ook in de kerk moet er orde zijn, want God is een God van orde. Vergeet dat niet. Je noemt televisie en andere zaken, die moeten verdwijnen, voor je belijdenis kunt doen. Dat kun je eigenlijk niet. Je wilt het ook niet. Hoe is dat dan te rijmen met het verlangen naar gemeenschap met de Heere Jezus en het deel te mogen nemen aan het H.A.? Dat vraagt om een bijbels antwoord. Bijzonder jammer is het, dat de dominee duidelijk laat merken, dat hij twijfelt aan jouw staat. Hoe komt dat? Wij zijn geen hartenkenners. Toch zal in ons leven iets moeten blijken in woord, in wandel, in levensstijl van de vreze des HEEREN. Daar kun je, daar mag je niet om heen. Maar het is nog belangrijker wat de Heere van jouw vindt. Hoe Hij over je oordeelt. Zijn oordeel is waarachtig, rechtvaardig, onberispelijk, oprecht! Op Hem kun je aan: Hij doorgrondt jou en kent je hart. Bidt Hem: ‘’Is er een schadelijke weg bij mij? Leidt U mij dan op de eeuwige weg!”

Toch blijf je bij de Geref. Gemeente, dat vind ik bijzonder. Want je zegt: die kerk is de enige, die alles weergeeft van datgene, wat ik zelf beleef. Dus onder de prediking krijgt je bij tijden troost, onderwijs, bemoediging, maar ook terechtwijzingen en bestraffingen. Jammer dat de vrede en de blijdschap zo ver weg is en je nu al twee maanden niet meer naar de kerk gaat. En dat is juist de werkplaats van de Heilige Geest. Je mist onderwijs en ondersteuning! Je mist liefde. Mag ik je een vraag stellen? Hoe is het met je gebedsleven? Kun je dit alles bij de Heere kwijt? Hij weet wat maaksel wij zijn, gedachtig dat wij stof zijn, van jongsaf geweest. Jij loopt vast op tradities, gewoonten, waarin jij je niet kunt schikken. Wellicht door je eertijds. Door het leven, dat je geleid hebt. Je antwoord komt zo dubbel over. Aan de ene kant: vasthouden aan de kerk, aan de andere kant geef je af op je kerk. En je wilt nog steeds aan het Avondmaal. Wat verwacht je daar dan van? Een wonder? Dat wonder moet wel al gebeurd zijn. Want het Avondmaal is niet om te laten zien dat je nu bekeerd bent, maar dat gaat er aan vooraf. Het is tot versterking van het geloof. Blijf volharden, vraag toch nog eens aan de dominee om een gesprek, een open gesprek, bijstand, geestelijke bijstand. Dat heb je nodig. Hoe komt het dat hij je zo behandelt? Mag je trouwens nog wel op belijdeniscatechisatie blijven?

Je gaat nog in op mijn vragen, maar dat hoef ik hier verder niet te doen. In eigen kracht kun je nooit voldoen aan de eis van God, alleen in Christus’ krachten, door Zijn lijden en sterven, door Zijn opstanding, door Zijn voorbede bij de Vader. Die levensindeling, zoals jij het noemt zul je ook nooit halen. Maar niemand, hoe hij of zij ook geleefd heeft. Uw vrucht wordt uit MIJ gevonden. Nooit meer in jou of mij. Denk aan de Wijnstok en de ranken. Je kunt jezelf niet omturnen, maar ordelijk leven, op tijd eten, drinken, slapen hoort wel bij een normaal levenspatroon. Dat zal niet in enkele dagen bereikt worden, maar strijd je er ook tegen om de zonden vijand te zijn? Strijd de goede strijd des geloofs. Ja, die ervaring in de auto zul je niet snel vergeten en dan schrijf ik dezelfde tekst op, waarmee de HEERE je hoorde. Wonderlijk. ’t Was onze trouwtekst, die ons steeds vergezelt op ons levenspad. Nu al meer dan 33 jaar. Niet altijd even sterk, maar wel waar, wel vertroostend bij ogenblikken, als je het nodig hebt.

Geef de hoop niet op. Wel de hoop op mensen, op je zelf. Maar hoop op God! Sla ’t oog naar Boven! Dat de dominee ook niet op alle vragen antwoord weet, is toch niet erg. Jij hebt aan de andere kant van de samenleving gekeken. En veel leed, ellende gezien. Kun je het hem kwalijk nemen, dat hij dat anders ziet. Maar jij mag gerust op een eerlijke manier vragen stellen. Dat moet kunnen! Daar ben je voor op catechisatie. Natuurlijk weet ik niet hoe jij je opstelt. Ik hoop van positief.

Tenslotte eindig je: “er is één ding wat ik wil en dat is lid worden. Ik zal het in het gebed neerleggen. Ik wil God trouw beloven, maar liever niet met iets wat ik niet kan. Maar wellicht is dat toch Zijn weg.” Beste vriend, ’t is erg lang geworden en nog kan ik je niet helpen zoals is wil. Daarvoor ken ik je nog niet goed genoeg. Maar met dit laatste gedeelte ben ik het van harte eens. Heilig zijn o, God Uw wegen, niemand spreekt Uw hoogheid tegen, Wie, wie is een God als Gij, groot van macht en heerschappij. Ja, Gij die God, Die d’ oren, wond’ren doet op wond’ren horen. Gij hebt Uwe roem alom, groot gemaakt bij ’t heidendom. Verwacht het van Die God, Die niet laat varen de werken ZIJNER handen. En bid jij het dan maar mee: O, Levensbron, wil bijstand zenden.

Met hartelijke groet,
Sterkte in alles.

B. S. van Groningen

Dit artikel is beantwoord door

B.S. van Groningen

  • Geboortedatum:
    25-04-1951
  • Kerkelijke gezindte:
    Gereformeerde Gemeenten
  • Woon/standplaats:
    Hendrik-Ido-Ambacht
  • Status:
    Inactief
120 artikelen
B.S. van Groningen

Bijzonderheden:

Oud-godsdienstleraar Wartburg College, docent Cursus Godsdienst Onderwijs (Bijbelkunde) en ouderling.


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties

Terug in de tijd

Donderdag las ik na het eten in ons bijbels dagboek "Hoort Zijn stem" het stukje van die dag: 9 februari, over Genesis 32:21-32. Jakob worstelt met een Man. Na het lezen, vroeg mijn zoon naar de betek...
Geen reacties
14-02-2012
Wat is de precieze betekenis van de woorden “Jezus Christus en Die(n) gekruisigd”? Waar wijst “en Die(n)” op?
Geen reacties
14-02-2018
Aan ds. C. Harinck. Ik heb pas uw preek geluisterd over Psalm 27 van Prekenweb over “Wachten op de Heere.” Als de Heere in een zondaar begint te werken dan wordt hij/zij bewust van God, van zichzelf, ...
3 reacties
14-02-2017
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering