Hogepriester ten tijde dat David at van toonbroden

prof. dr. M.J. Paul / Geen reacties

07-05-2021, 07:58

Vraag

Vraag aan oud-testamenticus prof. Paul. In Markus 2:25-26 zegt Jezus: “En Hij zei tegen hen: Hebt u nooit gelezen wat David deed toen hij in nood verkeerde, en hij honger had, en zij die bij hem waren? Hoe hij het huis van God binnengegaan is ten tijde van Abjathar, de hogepriester, en de toonbroden gegeten heeft, die niemand mag eten behalve de priesters, en ze ook gegeven heeft aan hen die bij hem waren?” Daar wordt verwezen naar 1 Samuël 21:6. Als je die hoofdstukken leest, is Abjathar daar geen hogepriester, maar zijn vader Achimelech, die ook de broden voor David regelt. Abjathar komt pas later in beeld. Waar zit de fout?


Antwoord

Beste vraagsteller,

Op zijn vlucht kwam David langs Nob, waar de tabernakel zich toen bevond. Nu gold de regel dat alleen de priesters mochten eten van het toonbrood, het voor de Heere in de tabernakel uitgestalde brood, nadat het op sabbat verwisseld werd (Lev. 24:5-9). Maar David en zijn mannen kregen het van priester Achimelech te eten na een verzoek van David (1 Sam. 21:3-6).

Dat de Heere Jezus hier spreekt van “de hogepriester Abjathar” wekt enige verwarring, aangezien Abjathar op dat moment geen hogepriester was maar zijn vader Achimelech (1 Sam. 22:20). Er zijn diverse mogelijkheden om dit probleem op te lossen.

a. De kanttekening van de Statenvertaling meent dat de namen van vader en zoon voor beiden gelden (zie 2 Sam. 8:17; 1 Kron. 24:6).

b. Mij lijkt aannemelijker dat het Griekse voorzetsel epi een ruime tijdsbepaling aanduidt. Jezus zegt niet dat David de broden van Abjathar kreeg, maar dat deze geschiedenis zich afspeelde “ten tijde van Abjathar, de hogepriester.” Deze ontkwam toen zijn vader en zijn overige familie omgebracht werden door Saul (1 Sam. 22:12-22) en is daarna hogepriester geworden (vgl. 1 Sam. 30:7). Zodoende kan de Heiland naar deze geschiedenis verwijzen met de vermelding dat dit gebeurde ten tijde van Abjathar. Op een vergelijkbare manier kunnen wij zeggen dat koningin Juliana tijdens de Tweede Wereldoorlog in Canada woonde, terwijl zij pas daarna, in 1948, koningin is geworden.

Prof. dr. M. J. Paul

Dit artikel is beantwoord door

prof. dr. M.J. Paul

  • Geboortedatum:
    13-03-1955
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Woon/standplaats:
    Oegstgeest
  • Status:
    Actief
262 artikelen
prof. dr. M.J. Paul

Bijzonderheden:

-Eindredacteur Studiebijbel OT
-Senior docent Oude Testament (CHE)
-Deeltijd hoogleraar OT te Leuven (B)
-Directeur-bestuurder THGB

Bekijk ook:


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties

Terug in de tijd

Wat zegt de Heere Jezus over materialisme?
Geen reacties
06-05-2006
Ik date nu een half jaar met een man. We zijn beiden begin 50 en beiden christelijk. We zijn elkaar steeds vaker gaan zien; van eens in de twee weken naar twee keer per week en pas ben ik voor het eer...
Geen reacties
06-05-2022
Aan een CGK-dominee Men zegt vaak dat je mag pleiten op Gods beloften. Maar waar staat dat in de Bijbel? Hoe weet ik zeker dat die beloften ook voor mij gelden?
1 reactie
06-05-2014
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering