Vraag
In Hebreën 12:4 lezen we: “Gij hebt nog tot den bloede toe niet tegen gestaan, strijdende tegen de zonde”. Vaak horen we dat we alles van de Heere moeten verwachten en is ook zo, maar is het niet zo dat we zelf ook veel harder tegen de zonden moeten strijden? Dat maak ik op uit dit vers, “tot bloede toe”. Leggen we het dan niet erg makkelijk in de handen van de Heere of begrijp ik dan de tekst helemaal verkeerd. Wel geloof ik dat God ons moet helpen in het strijden.
Antwoord
Beste vriend(in),
Wedergeboorte, geloof en bekering heeft alles te maken met de strijd tegen de macht van de zonde, die in ons woont. In het eerste vers van dit hoofdstuk staat: "laat ons afleggen allen last, en de zonde die ons lichtelijk omringt". Christus vermaant Zijn volk in Lukas 21 vers 34 voor de wereldse zorgen en wellusten. Hier wordt gesproken over de zonde van de begeerlijkheid. Het wordt genoemd een "overblijfsel" van de verdorven natuur in ons en tevens naar buiten toe de opdracht hebben om godzalig te leven. En dat gaat vaak gepaard met een zware strijd tegen de oude Adam, want die wordt nooit bekeerd. Dat is de strijd tussen vlees en geest.
In de volgende teksten van het hoofdstuk wat je noemt wordt gesproken over de kastijdingen die nodig zijn om Zijn zonen en dochters te bewaren voor het kwaad. En daar is geloofskracht toe nodig om te overwinnen over de machten van verleiding, enz. Dat kunnen we niet in eigen kracht, maar ziende op de overste Leidsman en Voleinder des geloofs, de Heere Jezus Christus. Geloof en liefde tot Hem in het hart kan de zonde niet verdragen en dat kost bloed en tranen om er tegen te vechten. De Heere schenkt daartoe genade om te volharden te strijden tegen de zonde. En die strijd duurt zolang Gods volk op aarde is in het strijdperk van dit leven. Waarom? Omdat zij leren niet alleen zondaar te zijn, maar zonde van het hoofd tot de voetzool toe.
Christus heeft hen gekocht met de dure prijs van Zijn bloed en de liefde van God verwekt een wederliefde om heilig voor God te leven. Dan gaan we het allemaal alleen van de Heere verwachten om de kracht te ontvangen om tegen de zonde te vechten. Zelfs "tot bloedens toe". Dan is het niet "gemakkelijk" om het in Gods handen te geven, maar zelfs onmogelijk. Maar ziet daar het wonder dat de Heere het alles in Zijn handen neemt en mij draagt door de strijd en de overwinning schenkt vanuit Christus, Die de Overwinnaar is over de duivel en de machten van de hel. Hij heeft niet "tot bloedens toe" gestreden, maar Zijn bloed gestort om de Overwinnaar te zijn voor allen die Hem liefhebben en Zijn eigendom zijn. Zijn bloed reinigt van alle zonde.
Het gebed mag dagelijks wel zijn: Heere, schenkt mij, uit genade, dat bloed van Christus aan de deurpoort van mijn hart. Maar ook: Heere, dat ik getrouw mag zijn tot in de dood, want die ontvangt de kroon des levens. Zie Openbaring 14 vers 12.
Wees in alles Gode bevolen, ds. J. D. Heikamp
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.D. Heikamp
- Geboortedatum:09-11-1939
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Staphorst
- Status:Actief
