Moederdag

Waar komt de Moederdag vandaan? Waarschijnlijk van de Grieken in de oudheid. Zij vierden aan het begin van de lente het bestaan van de moedergodin Cybele. Deze viering werd traditioneel gehouden aan het begin van de lente, net zoals nu. De Romeinen hadden een vergelijkbaar feest maar dan gewijd aan Juno, de godin van de bevalling. Op deze dag kregen alle moeders geschenken van hun kinderen en echtgenoten.

In Engeland werd sinds de 17e eeuw ‘Mother’s day’ gevierd. Het werd traditie om op deze dag het dienstpersoneel een vrije dag te geven, zodat zij hun moeders konden bezoeken en verrassen met cadeaus. Vanuit Engeland verspreidde de traditie zich langzaam over de rest van Europa. In 1924 werd de dag ook in Nederland geïntroduceerd, door de Koninklijke Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde (met tegenwoordige bijvoeging ‘groei en bloei’). Men greep de kans om de bloemenverkoop flink op te voeren, vooral tulpen. Na het uitdelen van ruim 30.000 bloemen op de basisscholen in Rotterdam, ging het als een ‘lopend bloemenvuurtje’ door ons land en in 1928 werd Moederdag tot officiële dag uitgeroepen. Snel volgde ook de Nederlandse Banketbakkers Vereniging met allerlei Moederdag producten en besloot ze jaarlijks op Moederdag een grote taart aan de Koningin te overhandigen.

Vandaag de dag wordt Moederdag in veel landen gevierd en is ze helemaal los gekomen van de heidense achtergrond. Zoals dat ook bijvoorbeeld geldt voor het Kerstfeest (oorspronkelijk een heidens zonnewendefeest). Laten we daarom de moeders maar eens extra verwennen door een ontbijtje, een cadeau en huishoudelijk werk te doen (ze hebben nooit vrij op zondag!), maar vooral door ze te vertellen dat we veel van ze houden. Doen hoor! En niet vergeten de Heere te danken dat Hij deze moeder voor jou uitgekozen heeft...

Ds. J. Koppelaar