Dwaalleer C. S. Lewis

G.J. Jansen / Geen reacties

13-05-2020, 10:29

Vraag

Ik las pas dat C. S. Lewis een aantal dwaalleringen had, zoals zijn geloof in een vagevuur en zijn overtuiging dat aanhangers van een ander geloof dan het christendom ook het Koninkrijk der Hemelen kunnen ingaan. Recent luisterde ik naar een paar preken van Billy Graham. Ik vond het mooie preken en ik vond hem ook een heel inspirerende man, maar ook bij hem vond ik diezelfde dwaalleer, de overtuiging dat niet-christenen (zoals moslims en boeddhisten) ook in de hemel kunnen komen.

Hoe komt het dat zulke prominente christelijke figuren die gedachte aanhangen en waarom is die leer eigenlijk een dwaalleer? En welke teksten gebruiken wij, vanuit onze reformatorische overtuiging, om deze geloofsgangen te weerleggen?


Antwoord

Beste vragensteller,

Dankjewel voor je vraag. De vraag stellen is één; er een goed antwoord op geven is twee. Toch ga ik een poging wagen.

Ik denk dat ik mijn antwoord baseer op de figuur van Emeth uit deel 7 van The Narnia Chronicles, The Last Battle. Emeth is een Tarkaan die de afgod Tash dient en niet de ware God (Aslan). Desondanks is Emeth welkom in Aslans Koninkrijk. Hoe het volgens Lewis mogelijk is om zonder de ware God te kennen toch behouden te worden wordt in het volgende citaat uitgelegd. 

“Child, all the service you have done to Tash, I (Aslan) account as service done to me.
 
Then by reasons of my great desire for wisdom and understanding, I (Emeth) overcame my fear and questioned the Glorious One (Aslan) and said, Lord, is it then true, as the Ape (a devil) said, that you and Tash are one? … 

It is false. Not because he and I (Aslan) are one, but because we are opposites. I take to me the services which you have done to him. For I and he are of such different kinds that no service which is vile can be done to me, and none which is not vile can be done to him. Therefore if any man swear by Tash and keep his oath for the oath's sake, it is by me that he has truly sworn, though he know it not, and it is I who reward him. And if any man do a cruelty in my name, then, though he says the name Aslan, it is Tash whom he serves and by Tash his deed is accepted. ... 

Beloved, said the Glorious One, unless your desire had been for me you wouldn't have sought so long and so truly. For all find what they truly seek.”

Met andere woorden, God kijkt naar de diepste (beweeg)redenen van het hart m.b.t. gedragingen van mensen als het gaat om de eeuwige bestemming van degenen die nooit van Hem hebben gehoord, omdat ze niet tot het volk waaronder Hij woonde behoorden. De intentie waarmee dingen gedaan worden en de vraag of het goede of foute zaken waren, stelt ‘de blinde heiden’ al dan niet schuldig voor God. 

Het is opvallend dat de naam Emeth in verband wordt gebracht met het Hebreeuwse woord voor getrouw en waar(achtig) oftewel een rechtvaardige. Rechtvaardigen behoren in deze optiek tot Gods Koninkrijk. 

Eerder in de kerkgeschiedenis is er al sprake geweest van een gelijksoortige denkrichting. Sommige theologen denken dat Socrates, als meest verlichte heiden en zoeker van de waarheid en het goede niet verloren kan zijn gegaan, maar in de hemel moet zijn.

De Schrift is echter duidelijk. Er is onder de hemel slechts één Naam waardoor een mens zalig kan en moet worden; namelijk de Naam van de Heere Jezus Christus. 

Wat Gods oordeel over de heidenen betreft, moeten we vertrouwen op Gods rechtvaardigheid als Rechter. De Schrift handhaaft dat er zonder (persoonlijke) verzoening door de Zaligmaker geen voldoening is. Tegelijk past ons het oordeel over de ander niet.

Hopelijk heb ik zo in kort bestek antwoord gegeven op je vraag.

Met vriendelijke groet,
G. J. Jansen

Lees meer artikelen over:

C.S. Lewis
Dit artikel is beantwoord door

G.J. Jansen

  • Geboortedatum:
    25-05-1972
  • Kerkelijke gezindte:
    Gereformeerde Gemeenten
  • Woon/standplaats:
    Rijssen
  • Status:
    Actief
44 artikelen

Bijzonderheden:

docent Engels en docentencoach


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties

Terug in de tijd

Mijn zoontje is zeven maanden oud. Hij is rond de vierde maand hevig verkouden geweest. Vanaf die tijd kwakkelt het telkens. Zodra hij slaapt begint hij heel erg te hoesten. Dit is zo naar om te horen...
Geen reacties
11-05-2016
Hoe moet je vertrouwen op God zien? Vertrouw op Mij, steun niet op eigen inzichten, wentel je weg op Mij, Ik zal het maken, staat er in de Bijbel. Maar betekent dat dan dat je zegt: “God, ik vind deze...
Geen reacties
11-05-2017
Aan dr. C. A. van der Sluijs. Met belangstelling begon ik uw antwoord onder de titel “Consumeren in de gemeente” te lezen, maar ik moet eerlijk zeggen dat ik het eigenlijk niet goed begrijp. Een zin a...
2 reacties
11-05-2016
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering