(...) Maar vaak wordt geantwoord dat de onderlinge verschillen TUSSEN kerkverban...
drs. G. Nieuwenhuis / Geen reacties
26-10-2007, 00:00
Vraag
Er zijn reeds vele vragen geweest over het verschil tussen kerkgenootschappen in de gereformeerde gezindte (HHK, CGK, GG, GGiNed en OGG). Ik heb geen vraag over de verschillen. Maar vaak wordt geantwoord dat de onderlinge verschillen TUSSEN kerkverbanden ook terug te vinden zijn IN de kerkverbanden zelf, doordat de ene predikant net weer andere zaken benadrukt dan een andere predikant. Dit gaat gedeeltelijk op lijkt me, dit speelt wel in de HHK, CGK en GG maar niet in de GGiNed en OGG. Kan iemand dat bevestigen? De ongedeelde intentie van laatstgenoemde kerkverbanden is bovendien om eenvoudig zonder redeneren te luisteren naar Gods geboden. Ik ben lid van de GG maar neig over te stappen. Ik kan de kritiek van ds. Mallan eerlijk gezegd beamen. Wettisch? Zou kunnen. Bijv. kleding en haardracht. Je kunt jaren redeneren hierover, wellicht rechtzinnig. Waarom moet hier "ruimte" voor zijn? Je kunt ook eenvoudig luisteren naar wat God zegt. Of roept iemand mij toe om in een kerkverband te blijven waar dit niet ongedeeld meer besproken wordt en dat ik deze liggingsverschillen moet accepteren?
Antwoord
Beste vragensteller ,
Verschillen tussen kerkverbanden en binnen kerkverbanden is iets wat de gemoederen van velen bezig houdt en waar ellenlange discussies over worden gevoerd, nogal eens met hete hoofden en koude harten. Daardoor is er het gevaar dat de voornaamste vraag wordt vergeten en dat is de vraag of wij al lid zijn van de “heilige algemene Christelijke Kerk” ( Zondag 21). In het antwoord op die vraag staat ondermeer dat de Zoon van God Zich door Zijn Geest en Woord een gemeente verzameld uit het ganse menselijke geslacht in enigheid van het ware geloof vanaf het begin tot aan het einde van de wereld. Het antwoord eindigt met: “dat ik daarvan een levend lidmaat ben en eeuwig zal blijven.” Alleen als je dat de opsteller van de Catechismus van harte na mag zeggen kun je toekomst en eenmaal de ontmoeting met de Heere met een gerust hart tegemoet zien. Als dat niet zo is dan heb je alles te vrezen van welke kerk je dan ook bent. Onder hen die zich Gods kinderen mogen weten is er over kerkmuren, oceanen, verschillen in taal en cultuur etc. heen iets van wederzijdse (h)erkenning in het besef van zondaren te zijn die alleen uit genade door het bloed van de Heere Jezus zijn gereinigd ( Openbaringen 7 vers 14).
Als je me vraagt of de verschillen binnen de GG in Ned. en de OGG kleiner zijn dan binnen de andere door jou genoemde kerkgenootschappen dan moet ik daar het antwoord op schuldig blijven omdat ik die kerkgenootschappen niet van binnenuit ken. Wel kan ik me voorstellen dat naarmate het kerkgenootschap kleiner is, ook de onderlinge verschillen kleiner zijn. Ik denk dat alle door jou genoemde kerkgenootschappen de intentie hebben om te luisteren naar Gods geboden maar toch niet altijd tot precies dezelfde antwoorden komen. Op het terrein van kleding en haardracht zijn zaken die door sommigen als middelmatig worden gezien en door anderen niet. Vandaar de vele discussies daarover. Toch blijft bij al die discussies de vraag staan hoe sta ik persoonlijk tegenover de Heere en krijg ik in het kerkgenootschap waar ik lid van ben onderwijs hoe ik persoonlijk deel kan krijgen aan de zaligheid.
Als en zolang dat het geval is, is het wel een hele stap om de kerk waarin je bent gedoopt en opgegroeid te verlaten. Ik zou je dat dan ook niet adviseren. Bedenk daarbij dat “vijf-sterren-kerken” niet bestaan. Dat kan ook niet want de mensen die er deel van uit maken zijn en blijven van zichzelf allemaal zondige mensenkinderen zoals dat ook bij de discipelen van de Heere Jezus het geval was.
Ik hoop dat dit je helpt om tot de juiste beslissing te komen en dat je daarbij de door mij genoemde voornaamste vraag niet uit de weg gaat. .
Met hartelijke groeten en heilbede,
G. Nieuwenhuis
Verschillen tussen kerkverbanden en binnen kerkverbanden is iets wat de gemoederen van velen bezig houdt en waar ellenlange discussies over worden gevoerd, nogal eens met hete hoofden en koude harten. Daardoor is er het gevaar dat de voornaamste vraag wordt vergeten en dat is de vraag of wij al lid zijn van de “heilige algemene Christelijke Kerk” ( Zondag 21). In het antwoord op die vraag staat ondermeer dat de Zoon van God Zich door Zijn Geest en Woord een gemeente verzameld uit het ganse menselijke geslacht in enigheid van het ware geloof vanaf het begin tot aan het einde van de wereld. Het antwoord eindigt met: “dat ik daarvan een levend lidmaat ben en eeuwig zal blijven.” Alleen als je dat de opsteller van de Catechismus van harte na mag zeggen kun je toekomst en eenmaal de ontmoeting met de Heere met een gerust hart tegemoet zien. Als dat niet zo is dan heb je alles te vrezen van welke kerk je dan ook bent. Onder hen die zich Gods kinderen mogen weten is er over kerkmuren, oceanen, verschillen in taal en cultuur etc. heen iets van wederzijdse (h)erkenning in het besef van zondaren te zijn die alleen uit genade door het bloed van de Heere Jezus zijn gereinigd ( Openbaringen 7 vers 14).
Als je me vraagt of de verschillen binnen de GG in Ned. en de OGG kleiner zijn dan binnen de andere door jou genoemde kerkgenootschappen dan moet ik daar het antwoord op schuldig blijven omdat ik die kerkgenootschappen niet van binnenuit ken. Wel kan ik me voorstellen dat naarmate het kerkgenootschap kleiner is, ook de onderlinge verschillen kleiner zijn. Ik denk dat alle door jou genoemde kerkgenootschappen de intentie hebben om te luisteren naar Gods geboden maar toch niet altijd tot precies dezelfde antwoorden komen. Op het terrein van kleding en haardracht zijn zaken die door sommigen als middelmatig worden gezien en door anderen niet. Vandaar de vele discussies daarover. Toch blijft bij al die discussies de vraag staan hoe sta ik persoonlijk tegenover de Heere en krijg ik in het kerkgenootschap waar ik lid van ben onderwijs hoe ik persoonlijk deel kan krijgen aan de zaligheid.
Als en zolang dat het geval is, is het wel een hele stap om de kerk waarin je bent gedoopt en opgegroeid te verlaten. Ik zou je dat dan ook niet adviseren. Bedenk daarbij dat “vijf-sterren-kerken” niet bestaan. Dat kan ook niet want de mensen die er deel van uit maken zijn en blijven van zichzelf allemaal zondige mensenkinderen zoals dat ook bij de discipelen van de Heere Jezus het geval was.
Ik hoop dat dit je helpt om tot de juiste beslissing te komen en dat je daarbij de door mij genoemde voornaamste vraag niet uit de weg gaat. .
Met hartelijke groeten en heilbede,
G. Nieuwenhuis
Dit artikel is beantwoord door
drs. G. Nieuwenhuis
- Geboortedatum:14-10-1946
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Bodegraven
- Status:Inactief
21 artikelen
Bijzonderheden:
Oud-algemeen secretaris Zending Gereformeerde Gemeenten.
Dhr. Nieuwenhuis is op 2 februari 2022 overleden.
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties
