Vraag
Ik loop al een poosje met deze misschien wat aparte vraag. Wij hebben ontzettende last van mieren en insecten in huis. Mag je deze dieren dood maken? Zij zijn ook door God geschapen. Heb ik dan het recht om ze te doden? Is er een alternatief, buiten het naar buiten jagen om?
Antwoord
Inderdaad zijn dieren onze medeschepselen. God heeft ze evenals de mens geschapen. Volgens Genesis 1 zelfs eerder dan de mens. Hij kreeg de opdracht om de aarde te onderwerpen en over de dieren te heersen. Dat gebeurde vóór de zondeval zonder problemen. In Gen. 2:19 lezen we dat Adam namen gaf aan alle dieren van het veld en in de lucht. Daarvoor moest hij natuurlijk onderzoek doen en classificaties aanbrengen. Het begin van wat we later biologie zouden noemen! De algemene lijn in de Bijbel is dat we goed voor de dieren moeten zijn.
Door de zondeval is de verhouding tussen de mens en de natuur verstoord en de gevolgen daarvan zijn goed te merken. We beperken ons nu tot de vraag of we insecten mogen doden. In de Bijbel lezen we dat insecten een ware plaag voor mensen kunnen zijn. Soms als een directe straf van God zoals in Egypte. Denk ook aan de sprinkhanenplagen die de kostbare oogst op het veld opvreten, zoals in Israël voorkwam wegens afgoderij.
In de zomertijd kunnen we last hebben van insecten. Het zal geen vraag zijn of we steekvliegen, muskieten of bepaalde muggen die ziekten kunnen overbrengen mogen bestrijden. Zo lezen we in Hand. 28: 3 van een adder die zich aan Paulus’ hand had vastgebeten. Zonder scrupules schudde de apostel hem af in het vuur, zodat het beest hem niet kon vergiftigen. Dat is al een aanwijzing van onze omgang met schadelijke dieren.
Vliegen, wespen, muggen of mieren horen niet in onze Hollandse huizen Dat is niet hun natuurlijk leefgebied. Zij leven in de vrije natuur en vinden daar wat van hun gading is. Het zijn geen huisdieren. We kunnen alleen maar last van ze hebben. Mieren worden in Spreuken 6:6 en 30:25 wel als voorbeeld voor luie mensen gesteld, maar niet om ze in huis te hebben. En vliegen kunnen de zalf van de apotheker doen stinken (Pred. 10:1). Hij zal ze willen wegjagen of doodmeppen!
Er zijn milde manieren om hinderlijke of schadelijke insecten weg te jagen, zoals geluiden of geuren. Soms is doden door hardere middelen de enige mogelijkheid. Daar is genoeg informatie over te krijgen.
Ds. H. D. Rietveld
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. D. Rietveld
- Geboortedatum:06-11-1947
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nijkerk
- Status:Actief
Bijzonderheden:
emeritus
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Al wat zich roert, dat levend is, zij u tot spijze; Ik heb het u al gegeven, gelijk het groene kruid.
4 Doch het vlees met zijn ziel, dat is zijn bloed, zult gij niet eten.
dus : dieren doden mocht mits noodzakelijk voor de mens.
2 petrus 2 : geeft nog een toelichting waaruit wij leren dat dieren een juiste plek moeten krijgen.
12 Maar deze, als onredelijke dieren, die de natuur volgen, en voortgebracht zijn om gevangen en gedood te worden, dewijl zij lasteren, hetgeen zij niet verstaan, zullen in hun verdorvenheid verdorven worden;
dieren zijn dus bedoeld om eventueel voor voedsel gedood te worden of als zij mensen bedreigen door het overbrengen van ziektes.
Maar een mens zal nooit nodeloos een dier kwellen (megastallen met weinig leefruimte en brandgevaar )
Wat mij opgevallen is bij een archeologisch bezoek in Israël dat de huizen zeer hoge vensterramen had. Het licht kwam dus niet rechtstreeks op de plaatsen waar het voedsel was opgeborgen in een aarden kruiken. Daarmee voorkwam men dat de plek waar het voedsel werd klaargemaakt nagenoeg uitgesloten was van het zonlicht.
Voedselsporen en warmte zijn een bron van bacteriegroei. Het wassen van de handen was gewoon een hygiënische maatregel. De hoge ramen hadden nog een voordeel, dat de opstijgende rook snel door het open venster naar buiten kom gaan. Die rook hield tevens de ongewenste vliegen tegen bij het kookproces.
Het wassen van de handen was dus om zoveel mogelijk bacteriegroei te vermijden. Kort voor Pesach werd de gehele woning grondig gereinigd van broodkruimels en kleine restjes die tussen de vloer terecht waren gekomen. Het heeft alles te maken met het op zoek gaan naar het ongezuurde en gist in de woning. En met deze minimale regel was het huis weer schoon. Dat was dus in het voorjaar. In het najaar had men het loofhuttenfeest. Dan verbleef men 7 dagen en nachten in de buitenlucht. De dag voor het loofhuttenfeest bakte men vers brood en wikkelde dat in linnen doeken en deed dat in een kribbe(broodmand) dat bleef gedurende 7 dagen uitstekend houdbaar.
Ook in die periode werd er in de woning geen voedsel bereid en kregen de ongewenste vliegen geen kans om iets te nuttigen in de woning. Het was er niet. Ook dat heeft te maken met een verhoogde vorm van hygiëne. Hier in het westen kent men die gebruiken niet en het gehele jaar is de woning ook een aangenaam klimaat voor insecten. Zou er een relatie kunnen zijn tussen hygiëne en dieren in onze woning? Hoe gemakkelijk valt er hagelslag op de grond en trappen wij er ongemerkt in. Zo leggen wij, onbedoeld een spoor van zoetigheid naar buiten. En dieren met een zeer grote reukzin komen daar natuurlijk op af. Zij nestelen zich bij voorkeur bij hun voedselbron. Mogen wij hen daarvan weren? Jazeker, dat mag, maar dan zou er ook gekeken moeten om een en ander te voorkomen.
Het verstoren van de voedselbron is dan zeker geboden. Het gebod van hygiëne is dus zeker nuttig geweest. Kort voordat de warmte toeslaat in Israël wordt de woning gereinigd. Maar ook als de hitte een half jaar duurt komt er weer een tijdelijke mogelijkheid om de woning tot rust te laten komen. En zijn er sporen van schimmel nadat je een week lang niet de woning hebt betreden, weet dan wat je moet doen. Stel dat deze geboden er niet zouden zijn dan zie je niet meer door de aanhoudende warmte het gevaar voor de volksgezondheid.
Daarmee laat de Bijbel ons heel helder zien dat de Eeuwige het ook gaat om onze gezondheid. Dus, ja op vliegenjacht, ja op andere schadelijke dieren die de gezondheid in gevaar kunnen brengen. In de vrije natuur is immers voedsel genoeg te vinden voor de dieren. De mens mag vanuit een stukje hygiëne een plaatsje opeisen om daar te leven met hun gezin. Daarmee laat de Eeuwige ons zien dat Hij houdt van harmonie in Zijn schepping.
