Vraag
Hoe moet ik verder in mijn leven? Ik heb de laatste tijd een hele mooie, maar ook moeilijke periode achter de rug. Ik probeerde contact met God te zoeken door middel van vragen aan Hem of Hij mij wilde laten zien in de Bijbel wat Hij van mij vond op dat moment. Ik was ben erg geschrokken door wat ik las. Ik merkte dat ik een zondaar ben. Sindsdien weet ik welke zonden ik doe, want ik word er elke keer bij bepaald. Ik zoek nu elke dag contact met God, maar ik begin te merken dat de satan mij niet met rust laat. Daar heb ik het heel moeilijk mee, want ik wil niet meer in zijn streken trappen. Ik ben 18 jaar en ik ben blij dat God in mijn leven begint te werken, maar ik wil sommige dingen nog niet loslaten (voetbal en uitgaan). Ik bid er ook elke dag om dat God me niet zal loslaten, maar dan merk ik op dat moment dat ik er alleen voor sta, dat God mij daar voor een keuze stelt. Ik las uit Fillipenzen 1. Dan merk je toch wel dat God heel dicht bij is. Hoe moet ik nu verder? Moet ik blijven bidden of God uitkomst wil geven, of sta ik er nu zelf voor? Ik bid ook elke dag tot God en vraag of Hij misschien een vriendin wil geven aan mij, zodat ik sowieso op zondagmiddag geen voetbal meer kijk. Het klinkt misschien gek, maar het zou enorm helpen. Kan alleen God mij hierop antwoorden of heeft u een 'tip' voor mij?
Antwoord
Ik moet zeggen dat jouw ontboezeming van de dingen die je op geestelijk terrein bezig houden best indruk op me hebben gemaakt. De ontdekking die je bij het lezen van de Bijbel gedaan hebt, namelijk een zondaar voor God te zijn, is een pijnlijke, maar noodzakelijke ontdekking. Het is de Heilige Geest Die ons overtuigt van het feit dat we zondaar zijn en daarom zonden doen. Lees Johannes 16:8 maar. De vraag is: waar moet je nu als zondaar met je zonden, die je schuldig stellen tegenover God, naar toe? Je geeft in zekere zin zelf al een antwoord op mijn vraag. Je zegt dat je elke dag contact met God zoekt. Dat is heel belangrijk. Toch zou ik dit nog iets willen toespitsen. Want wij kunnen God alleen maar ontmoeten in de Heere Jezus Christus, Die eens zei: "Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot God, de Vader, dan door Mij" (Johannes 14:6). En even verder, in vers 9, zegt Hij: "Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien." Bij Hem moet je zijn. Hij nodigt ons persoonlijk om bij Hem te komen. In Mattheus 11:28 hoor je Hem zeggen: "Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven."
Vermoeid en belast kun je zijn, omdat je strijd hebt te voeren tegen je zonden. Je wilt er vanaf, maar je kunt het niet in eigen kracht. Vermoeid en belast kun je ook zijn, omdat de satan je inderdaad niet met rust laat en je altijd bij de Heere vandaan wil trekken als Hij in met Zijn Geest in je leven werkt. Jezus heeft Zijn volgelingen niet voor niets leren bidden in het Onze Vader: "Vergeef ons onze schulden", maar ook: "Verlos ons van de boze" (Mattheus 6:12 en 13).
Hoe doet Hij dat? Mag ik het heel eenvoudig zeggen: door je helemaal zoals je bent aan de Heere Jezus Christus als de Zaligmaker van je leven toe te vertrouwen. Werp je zonder reserve met heel je hart en al je zonden op Christus. En bidt om Zijn Geest, de Heilige Geest, Die innerlijk ook de kracht en de wil geeft om met datgene, wat je als zonde voor God leert zien, te breken. Jezus belooft Zelf dat de Heilige Geest je gegeven wordt, wanneer je daar om bidt. Prachtig en bemoedigend staat dat in Lukas 11:13: "Als u die slecht bent, uw kinderen goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven aan hen die tot Hem bidden."
God stelt ons inderdaad steeds weer voor keuzen, waarbij hij ons altijd ook gelijk de goede en de verkeerde weg wijst met de bedoeling dat we de goede weg kiezen en gaan. Maar die weg hoeven we nooit in eigen kracht te gaan. Daar wil Hij juist de kracht en lust voor geven door Zijn Woord en Geest. De Heere wil dat we Hem gehoorzamen, maar Hij geeft ook het vermogen en de liefde in ons hart om te gehoorzamen. En daar word je alleen maar blij en gelukkig van. Dus als voetbal en uitgaan zonden voor je geworden zijn, waardoor je van de Heere afgehouden wordt, dan moet je die in Gods kracht loslaten. Hartelijk geloof in de Heere Jezus gaat altijd samen met je bekeren van je zonden. Als jij vraag: moet ik blijven bidden, dan geeft de Bijbel daar ook een antwoord op. Lees maar wat Paulus schrijft in Romeinen 12:12: "Volhard in het gebed." En geloof dan ook dat God je gebed verhoren zal, al laat Hij ons soms wel eens wachten. Maar het is en blijft waar: "Ieder die bidt, die ontvangt, wie zoekt, die vindt; en wie klopt, die wordt opengedaan" (Lukas 11:10).
En als jij ook vraagt of je God mag bidden om een vriendin, dan is het antwoord: natuurlijk mag dat. Ik ken een vriendin die lange tijd gebeden heeft of de Heere haar een jongen wilde geven met wie ze het leven kon delen, maar ook met wie ze de Heere kon dienen. En ze heeft hem, al moest ze er wel een tijd op wachten, gekregen. Ik hoop dat ik je wat richting heb gegeven en dat je er gebruik van kunt en zult maken. Gods leiding bid ik je toe.
Ds. G. van de Groep
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G. van de Groep
- Geboortedatum:07-04-1944
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Heerde
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Wel denk ik dat het goed is om te blijven bidden en Bijbellezen.
Wat ik me wel kan voorstellen dat je bijvoorbeeld de wetten van Mozes gelezen hebt, of wat Jezus over die wetten zei. Maar ja, die waren aan de Joden gegeven, ons tot lering (Rom 15:4) Als wij dingen willen doen om het voor God een plezier te laten zijn om naar ons te kijken dan doen we vrijwillig wat in Zijn wetten staat. Als nou blijkt dat wij dat niet kunnen dan ontdekken we dus bij onszelf ee nwet die Paulus ook al bij zigzelf vond: Als ik het goede wil doen dan ligt het kwade mij bij, en zegt hij, als dat nou zo is, dan doe ik het niet meer maar de zonde die in mij woont.
Eerlijk gezegd zie ik Paulus hier niet de satan de schuld geven, hij geeft de schuld ook niet aan zijn lichaam, maar aan de zonde die in dat lichaam woont. Denk dus niet al te gauw dat satan het druk met je heeft, je hebt er zelf op zijn minst ook aandeel in, tenminste, de zonde die in jou woont heeft zijn aandeel. Oftewel, zoals Jacobus het zegt, verzoekingen die je overkomen, overkomen je door de verlokkingen van je eigen vlees. Dat maakt het niet makkelijker, wel anders.
Je kunt je ook afvragen of wat je aanstipt nou eigenlijk wel zonde is. Een spelletje balletje trappen, op hoog niveau, is in zichzelf niet verkeerd, dar mag je best van genieten. Ik zou niet meedoen met het vereren van die goden op voetbalschoenen want dát, is afgoderij. Maar het spel zelf mag je best mooi vinden. En uitgaan? een biertje in de kroeg? zolang je het onder dankzegging aanvaard is er niks mis mee. En hoewel ik het zelf niet zou doen, zelfs een keertje doorzakken kan nog wel, als je er geen andere mensen mee beschadigd.
Je moet je dus niet afvragen of God uitkomst wil geven, je moet ervan overtuigd zijn dat Hij dat doet! Sterker nog, dat Hij dat al gedaan heeft!
Weet je wat "evangelie" betekend? evangelie betekend blijde boodschap, niet zware boodschap. Ga dus heen, zondig niet meer, maar overdrijf ook niet, geniet van wat God je geeft, wees blij met al die cadeautjes want blijer kun je God niet maken, Doe niet te zwaar op de hand want waarom zou je jezelf steeds de grond in trappen? Prediker zegt: Wees niet al te rechtvaardig, noch houd uzelven al te wijs; waarom zoudt gij verwoesting over u brengen?
Ik hou er niet zo van over mezelf te vertellen maar misschien moet het dan maar: natuurlijk! ik zondig ook! En dan heb ik voor de zoveelste keer weer diep berouw en dan neem ik me voor het niet meer te doen en toch trap ik er weer in, bah, wat een slappe zak ben ik toch. En dan denk ik weer aan Paulus, dat deed ik niet, dat deed de zonde die in mij woont. Mijn zonden zijn namelijk allang vergeven. De jouwe ook!
Wat betreft het kijken van voetbal op zondag.
Je moet eens goed lezen wat er in Jesaja 58 staat.
13 Indien gij uw voet van den sabbat afkeert, van te doen uw lust op Mijn heiligen dag; en indien gij den sabbat noemt een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd worde, die te eren is; en indien gij dien eert, dat gij uw wegen niet doet, en uw eigen lust niet vindt, noch een woord daarvan spreekt; Dan zult gij u verlustigen in den HEERE, en Ik zal u doen rijden op de hoogten der aarde, en Ik zal u spijzigen met de erve van uw vader Jakob; want de mond des HEEREN heeft het gesproken.
Mijn heilige dag = in Nederland zondag.
Van te doen uw lust op Mijn heiligen dag.
Uw pleziertjes, de dingen die je leuk vind. Dat kan inderdaad voetbal zijn, want dat vinden veel mensen leuk om naar te kijken. Je kijkt naar mensen die niks met God te maken willen hebben, en lekker hun eigen gang gaan, terwijl ze nog eens duizenden mensen amusement bezorgen in het stadion.
Ik denk dat hier duidelijk staat dat je de zondag moet gebruiken als rustdag, waarop je twee keer Het Woord hoort, en wat doe je er mee? Laat je je leven maar zoals het is, of wil je echt Jezus volgen? Ik denk zelf dat je dan maar beter afstand kunt nemen van Koning Voetbal!
En wat betreft uitgaan. Het is een lastig onderwerp, maar ik denk zelf dat je als je Jezus wilt volgen, en elke zondag opnieuw het Woord wilt horen, dat je je ook goed erop moet voorbereiden, en dan ook niet de kroeg opzoeken, waar nogal gevloekt, gezopen etc. wordt. Er zijn op zaterdagavond zat andere dingen waar de jeugd heen kan gaan. Timotheüs 2:22: Maar vliedt de begeerlijkheden der jonkheid. De inwoners van de gemeente daar, en dan de jeugd hielden van sport, uitgaan, dachten makkelijk over seksualiteit. Je moet het dus ontwijken!
Maar zoals ik al zei, het is lastig en ik denk er zo over.
Ik wil nu niet zeggen dat ik gelijk heb, want we zijn allemaal zondaar en mens, dus de enige manier waarop we hierover antwoord kunnen krijgen is in Gods Woord.
Ik voor mij kijk trouwens nooit voetbal, ik vind het helemaal niks :)
Als God in jou een goed werk begonnen is, zal je steeds meer en meer Zijn wil ontdekken
en ga je de dingen die jij nu nog aanhoudt , haten en laten.
De strijd op aarde tegen de saten blijft tot je laatste levensmoment, maar weet dat het Hemelvaartsdag is geweest, Christus voor Zijn kinderen bidt en je ook eenmaal van die strijd verlost bent, voor eeuwig!
Dat geeft strijd, maar die strijd, strijd je niet alleen. Breng je strijd in gebed bij Jezus. Hij bidt en pleit voor jou.
Je wilt graag een vriendin om geen lust meer in voetbal en uitgaan te hebbe. Ook dat is een gebedszaak. Bedenk wel dan alles gebeurt op Zijn tijd en volgens Zijn plan. Je zult er nog verwonderd over staan hoe en wanneer dat soms gebeurt. Dat hadden wij nooit kunnen bedenken. Misschien komt die vriendin er nooit, maar houdt de voetbalclub op te bestaan om maar een voorbeeld te noemen. Je mag dus best om een vriendin bidden, maar daarbij zeg je tegen de Heer eigenlijk ook hoe jij ziet dat Hij jou probleem oplost.
De strijd is een strijd tussen onze eigen zondige geest, die hebben we nog steeds, en de Heilige Geest.
Voor de momenten in je leven zijn dat je denkt dat je er alleen voor staat is het volgende gedicht misschien een steun.
Voetstappen in het zand
Ik droomde eens en zie ik liep,
aan het strand bij lage tij.
Ik was daar niet alleen,
want ook de Here liep aan mijn zij.
We liepen saam het leven door,
en lieten in het zand
een spoor van stappen, twee aan twee,
de Here liep aan mijn hand.
Ik stopte en keek achter mij
En zag mijn levensloop,
In tijden van geluk en vreugd,
Van diepe smart en hoop.
Maar als ik goed het spoor bekeek,
Zag ik langs heel de baan,
Daar waar het juist het moeilijkst was,
Maar één paar stappen staan.
Ik zei toen: 'Here waarom dan toch?
Juist toen ik U nodig had,
Juist toen ik zelf geen uitkomst zag
Op het zwaarste deel van het pad.'
De Here keek me toen vol liefde aan
En antwoordde op mijn vragen:
'Mijn lieve kind, toen 't moeilijkst was
Toen heb Ik jou gedragen.'
Gods zegen toegewenst!
Het zou goed zijn dat je twee dingen goed onderscheid: wat er in de Bijbel staat en wat jou conclusie is.
Jesaja 38:5, dat is wat God tegen de Israëlieten zegt en indirect ook tegen ons. Niet meer en niet minder. Daaruit tek je, in dit verband met voetbal, een conclusie.
Vervolgens, doe je alsof dat in Jesaja 38 staat.
Op deze manier zet je de Bijbel op z'n kop. Is het niet meer God die tegen ons spreekt, maar @komar.
Wat mij steekt is deze zinsnede: Je moet eens goed lezen .
Je gaat er van uit dat iemand, die een andere mening heeft niet goed gelezen heeft. Daarmee acht jij je behoorlijk wijzer dan de ander.
God gaat met een ieder van ons Zijn weg en zal hem/haar ook door de Heilige Geest openbaren wat hij/zij nodig heeft.
